Sow for yourself righteousness, reap the fruit of steadfast love; break up your fallow ground, for it is the time to seek the Lord, that He may come and rain salvation upon you (Hosea 10:12).

zondag 24 november 2013

Geborgen

O, wat kan ik soms gesloten zijn.
Opgesloten zitten.
Opgeborgen.
Diep van binnen.

Oppotten.
Slikken.
Denken.
Dromen.
Mijmeren.

O, wat kunnen mijn gedachten een chaos vormen.
Een onstuimige rivier.
Te heftig om te vissen.
Te gevaarlijk om te zwemmen.
Te woelig voor reflectie.

Maar soms, als ik me dichter voel dan ooit, dan gaan de sluizen zo maar open, puilen er aan alle kanten woorden uit de poriƫn, rijgen zich bewust aaneen in al dan niet bezielde en bezinnende zinnen.

Rijp of groen.
Klare taal.
Of ook wel minder dan niets.
Uitgedrukt in bekende termen, zeg ik eigenlijk niet veel.
Niets zinnigs op het eerste gezicht.

Het moest er uit.
Het zaaide zich.
Het verbaast ook mij.
Dat ik dat doe.
Dat ik dat kan.
Dat dan.
Ik mijzelf.
Zomaar.
Geef.
Ontbloot.

Een spiegel.
Die zich lezen laat.
Adem die bevriest in koude lucht.
Gevangen beeld.
Gestolde woorden.

Dan loop ik leeg.
Dan ben ik een etalage.
Dan ben ik een open gedicht.
Dan ben ik een te lezen boek.
Dan weerspiegel ik wat ik ontvangen mocht.
Dan krijgt het wonder van de inspiratie vorm.
Dan ben ik zelf een deel van dat wonder.

Niet te grijpen.
Niet te annexeren.
Niet te plannen.
Niet te schaven.

O, Geest, die mij drijft, die mij doet zweven.
Die mij wil raken in onnavolgbaarheid.
Maak mij maar open en meer transparant.
Ontvankelijk voor zegen.
Kwetsbaar in de herrie.
Gevaarlijk alleen in het drijfzand van de woeste wereld om mij heen.
Maar gedragen door liefde.
Gevoed door het woord.
Gebalsemd met genade.
Open in vrijheid.
Onafhankelijk van alle beter-weters.
Alert op het licht.
Bewogen.

O, lezer die mij lezen wil.
Jij die mijn bloemen plukt.
Jij die mij proeft.
Jij die herkent.
Jij die naar binnen kijken durft.
Wees welkom in mijn schilderij.
Wordt deel van mijn verhaal.
Dank dat je mee wil lopen op de reis naar morgen.

Maar wil je wel een beetje zachtjes doen?
Met veel geduld en liefde alle woorden wegen?

Want soms ben ik te stil.
Verberg mij achter te veel woorden.
Bouw muren op van metaforen.
Overvoer met buitelende beelden.
Graaf diepe kuilen vol van filosofie en vreemde dromen.

Luister mij open, telkens weer.
Achter de vormen huist de liefde.
Voel mijn woelige hart van geestdrift kloppen.
Waai met mijn winden mee.
Stuur mij, toets mij, leid mij mee.
Breng mij thuis.
Ik wil zo graag verdwalen.
Naar de diepe dalen van de pijn.
Naar de bergen van het uitzicht.
Ik zit zo vol verlangen.
Ik koester heftig vuur van binnen.

Aangestoken.
Gedreven.
Overwoekerd.
Aangedaan.

Kom, zit even naast me.
Zwijg even stil.
Je hoeft niets te zeggen.
Kijk.
Kijk maar.
Kijk maar in mijn ogen.
Kijk maar in mijn hart.

Maar zet mij dan.
Voorzichtig.
Weer terug op aarde.
Met mijn voeten.
In de modder.
Houd mij een spiegel voor.
Die beslaat.
Als ik weer ademen moet.
Een diep zucht moet slaken.
Want vliegen.
En dromen.
Dat kun je maar heel even.
Het leven roept.

Er is een dag van werken aangebroken.
Tussen de scherven.
Tussen het gruis.
Een dag van genade zolang het licht is.
Een dag vol mensen.
Een dag vol kansen.
Een dag van zaaien, zolang het kan.
Een dag van bidden, omdat het mag.

Dank, lezer, dat ik jou lezen mag.
En ook spiegelen wie ik mag zijn.
Stofjes aan de weegschaal.
De weegschaal van de liefde.
Liefde die geen logica kent.

In jou.
Zie ik mijzelf.
Wij samen.
Sterren aan de hemel.
Schijnbaar verdwaald.

Maar ...
Bedoeld.
Belicht.
Beluisterd.
Zichtbaar van verre.
De aandacht getrokken.
Reflectie van de eeuwigheid.

Tot in het diepst van ons bestaan.
Gekend.
Bewogen.
Geraakt.
Gekoesterd.
Geborgen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten