De boom.
In het bos.
Is alleen.
En moe.
Zo moe.
Zo zwaar.
Zo geladen.
Zo bezwaard.
Alleen.
In het bos.
Vol andere bomen.
Die wuiven in de wind.
Die lachen met het licht.
Die dansen in de regen.
Die buigen voor de nacht.
De boom doet niet mee.
Niet meer.
De boom weet te veel.
De boom voelt te veel.
De boom ziet geen licht.
De boom is van het zuchten moe.
Hij is star en stram.
Geworteld in verharde grond.
Hij buigt niet meer mee met de wind van de dag.
Zijn bladeren dwarrelen stuk voor stuk.
Als zwijgende woorden traag naar de aarde.
Zijn takken worden kaler en leger.
Meer en meer kan hij de kilheid van de hemel ontwaren.
Sow for yourself righteousness, reap the fruit of steadfast love; break up your fallow ground, for it is the time to seek the Lord, that He may come and rain salvation upon you (Hosea 10:12).
Posts tonen met het label requiem. Alle posts tonen
Posts tonen met het label requiem. Alle posts tonen
zondag 1 oktober 2017
donderdag 1 december 2016
Requiem
ik zou
zo graag
een requiem
willen zingen
diep vanuit
mijn hart
woord
voor woord
gedragen
door de wind
naar verder
en naar boven
een droevige
melodie op
de lage toon
van smart
en wanhoop
jouw hart
jouw leven
en jouw dood
ik zou
zo graag
mijn vragen
diep in mij
verborgen
willen delen
in de nacht
van zwart
dinsdag 22 maart 2016
Een requiem van hoop op leven
op deze
vreemde dag
die begon
als alle andere
dagen
lijkt
de dood
zoals zo vaak
het laatste woord
te hebben
als gevolg
van wandaden
ontsproten
aan ontspoorde
breinen
en ontzielde
geesten
zondag 3 november 2013
Requiem for a fallen leaf
Vandaag zou ik zo graag een liedje willen schrijven. Een treurig liedje vol verdriet. Van heimwee en van weemoed, over de tijd die gaat en nooit meer terugkomt. Dat wat gezien werd is verdwenen. Dat wat je voelen kon in liefde, in herkenning, in verwondering, doet nu zo'n pijn.
Ik zou een requiem willen maken, een ode aan de doden, zij die al gingen, ontslapen zijn, hun lichamen gezaaid in de aarde, wachtend, onwetend.
Maar ik kan niet musiceren, alleen maar reproduceren wat anderen ooit hebben gemaakt, en zelfs dat nog niet altijd. Ik ben geen musicus, want muziek is voor mij ongrijpbaar. Ik ben geen dichter, want woorden schieten te kort. Ik ben geen schilder, want kleuren zullen niet realistisch genoeg zijn.
Het is te groot voor mij.
Ik kan er niet aan tippen.
En toch, jij klein blaadje ...
Ik wil een monumentje oprichten voor je, een requiem in beelden.
Omdat wat ik gisteren in jou zag, jouw gaan, jouw gang, mijn aandacht trok, mij raakte.
Mij voor even de adem benam ...
Omdat jij een beeld bent van het leven.
De groei, bloei, de feestelijkheid, de kleurenrijkdom, de variatie.
Maar ook van de eindigheid.
Daarom ...
Ik liep daar, onder de boom.
Jouw boom, jouw voedingsbron.
Er waaide een windvlaag, heel even maar.
Die alle druppels van alle bladeren deed vallen.
Ik hoorde het, zag het aan, bukte, maakte foto's van de druppels die het water raakten.
Die kringen veroorzaakten, weg echoënde rimpelingen.
En toen viel jij.
Midden in mijn blikveld.
Op het water.
Dreef je weg, langzaam mee met de stroom.
Geel, met een vleugje groen.
Met bruine vlekken doodsheid.
En ik heb je gevolgd, met mijn lens.
Afgedrukt.
Vastgelegd.
Telkens weer.
Een mooie reis.
Prachtige weerspiegelingen.
Indrukwekkend decor, steeds wisselend.
Door de hemel, door de bomen, door de takken.
Je haakte vast aan een takje, liet je gaan, liet je drijven.
Meegaand.
Bewegend in je onbewogenheid.
Niet aangedaan.
Zo, zoals je was, nu niet meer meebewegend met de wind, van alle kanten.
Maar één kant uit, weg van mij, de einder tegemoet.
Je ging steeds verder.
Onder het bruggetje door.
Ik zoomde in.
Haalde het einde dichterbij.
Maar jij, jouw beeld, vervaagde.
Ontegenzeggelijk.
Niets aan te doen.
Onomkeerbaar.
De gang in de natuur.
Ik weet het.
Gelezen.
Gehoord.
Al honderd, duizend keer gezien.
Nu zag ik jou gaan.
Je raakte mij even aan.
En ik werd geraakt.
Ik stond weer op.
Ik moest weer gaan.
Mijn reis is nog niet voorbij.
Maar ik ging anders weg.
En nu.
Nu heb ik de beelden nog.
Nu bouw ik jou een monument.
Een nagedachtenis.
Een requiem.
In beelden.
Als beeld.
Voor mezelf.
En voor wie ervan weten wil.
A requiem for a fallen leaf ...
Een leven geleefd.
Een leven in het licht.
Een laatste reis.
Glimmend, glinsterend, spiegelend, rimpelend.
Een afscheidsgroet.
Het duister in, de nacht tegemoet.
dinsdag 23 oktober 2012
Requiem
wat bloeien kan
heeft zich
voor een bestemde tijd
ten volle
laten zien
maar is
inmiddels
uitgedoofd
de laatste bladeren
sterven
in losgelaten
vrijheid
en bootsen
theatraal
het uitbundig
schitterend
zonlicht na
de grijze mist
van dood en grauw
komt langzaam op
verdrijft
het zuchtje wind
dat rest
met een akelig
verstilde schreeuw
van grijsheid
het kille duister
van de winternacht
komt
op zachte sokken
toegesneld
en slokt
zacht zinderend
de laatste ademtocht
van leven op
vleugels
van vele vogels
verdwijnen
in vreemde verten
zij die nog blijven
fluisteren
een ingehouden
requiem
dan
woensdag 16 november 2011
Requiem
een requiem
voor dat wat voorbij ging
voor alles wat geweest is
voor hen die ons voorgingen
een weemoedig lied
in de avondstilte
een schaal vol woorden
en onbestemde gevoelens
een verlangen naar ooit
tijden her
pijnlijke herinneringen
heel ver weggestopt
die voorzichtig boven komen
een gemis zo diep
vage beelden
verzwegen woorden
verdronken toekomst
begraven plannen
het is stil
zo nameloos stil
zo mistig en heiig
afwachtend
zonder verwachting
verdwaald
en mistroostig
eenzaam
onaanraakbaar
intens
heel intens
memento mori
en toch
niet in de put
niet depressief
en ook niet ongelukkig
want herinneringen
mag je koesteren
je draagt ze mee
ze zijn van jou
onopgeefbaar
hartverwarmend
glanzende juwelen
dierbare momenten
diepe en warme liefde
het leven vertraagt
als de dood
om de hoek kijkt
en alles breekbaar
en kwetsbaar blijkt te zijn
bezigheden haperen
stemmen verstommen
je adem stokt
je hart slaat op hol
maar toch
ook
ontegenzeggelijk
wis en waarachtig
is er hoop
gaat het leven door
is er toekomst
heeft de dood
niet het laatste woord
het zaad
dat gestrooid is
de generaties voor ons
de geliefden
die naast ons hebben gelopen
ze zijn niet alleen begraven
hun geest leeft voort
ze zijn alleen
niet hier
of te zien
eens
op een dag
komen herinneringen tot leven
zullen doden opstaan
geeft de aarde
zijn schatten terug
een dag van ontmoeting
herkenning
en vreugde
alle tranen verdwenen
verdriet op de vlucht
dood aan de dood
de toekomst oneindig
leven in eeuwigheid
de opstanding
is gekomen
het einde
een nieuw begin
mijn Alpha
en mijn Omega
aan het hoofd
van een schare
die niemand kan tellen
van aangezicht tot aangezicht
in levenden lijve
glorie en luister
voor Hem
die het leven schiep
de dood overwon
de opstanding is
en de toekomst
nu nog
voorzichtig
aan het voorbereiden is
onnavolgbaar
onvoorspelbaar
onbegrijpelijk
maar het vertrouwen
meer dan waard
kom zing met mij
een requiem
een lied van weemoed
en nostalgie
herinneringen
te pijnlijk om te uiten
tranen om het verleden
maar ook
met hoop en vertrouwen
voor later
voor later
en een bede
een smeeklied
een ultiem verlangen
om kracht voor vandaag
om woorden
om liefde
om leven
in het hier en nu
een requiem
om onder ogen te zien
wat geweest is
te verlangen naar wat zal komen
en te zijn
wie je bent
hier te wandelen
met je medemensen
bewust
akelig bewust
en te wandelen met je Maker
Hij is de weg
de weg
de weg
soms
voor je gevoel
een beetje
voor je gevoel
een beetje
ver weg
wandel je mee
in geloof en verwachting
van de belofte
van die toekomst
de duisternis in
het licht tegemoet
de duisternis in
het licht tegemoet
Abonneren op:
Posts (Atom)