De hele dag was het bewolkt geweest.
Grauw en grijs en kleurloos.
Het miezerde af en toe zelfs.
Vrij troosteloos.
Maar 's avonds.
Brak het licht door.
Vanonder het wolkendek.
Drapeerde een schitterende gloed over de weilanden.
Vleide lange schaduwen over het polderlandschap.
Vulde de wolkenhemel met sprankelende kleuren.
Mooi.
Indrukwekkend.
Hoe al het bekende er dan anders uit komt te zien.
Al het gewone bijzonder wordt.
Alsof er een dubbele bodem wordt geopenbaard.
Al het verborgene naar buiten durft treden.
Alsof de hemel kleurengordijnen regent.
Alsof God zelf aan het dichten is.
In zwijgende eerbied heb ik het ondergaan.
Met ingehouden adem.
Proberen vast te leggen.
In verwondering.
Wachtend.
Op de zonsondergang.
Die ook nog volgen zou.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten