Sow for yourself righteousness, reap the fruit of steadfast love; break up your fallow ground, for it is the time to seek the Lord, that He may come and rain salvation upon you (Hosea 10:12).

zaterdag 31 maart 2012

Beperking

Hoewel de wereld, de natuur, de mensen om je heen in uitbundigheid naar buiten treden, en wij gericht zijn op meer, op beter, op groei, is de werkelijke essentie van ons mens-zijn gelegen in de beperking.

Beperking. Er zijn gewoon grenzen.

Er is genoeg. Maar tot op zekere hoogte. Er is tijd. Maar niet altijd. Er is ruimte. Maar niet eindeloos.

Er zijn grenzen aan ons kunnen, aan onze kennis, ons weten. We hebben niet alle tijd. We kunnen niet alles doen wat we zouden willen.

Dat is een feit. Dat is onomkeerbaar. Dat is een natuurmatige wet. Dat is de beperking die de Schepper in ons zijn heeft gelegd. Wij mensen hebben ruimte gekregen om in te wonen. Onze omgeving. Soms willen we daaruit breken, reizen we naar verder, trekken we de wereld rond. Maar we keren uiteindelijk gewoon terug naar het bekende kringetje.

Zelfs het immense en onmetelijke heelal is eindig. Hoeveel we ook in kaart gebracht hebben, het is te groot voor ons om alles te weten, te zien en te onderzoeken. En toch heeft het grenzen.

Er is een tegenstrijdigheid in al onze activiteit in verhouding tot tijd. Hoe meer we gaan doen, hoe meer de tijd vliegt, en hoe minder tijd we dus over hebben. En tijd kun je nooit meer inhalen.

Waarom, o ja waarom willen we dan zo veel doen, proppen we zo veel activiteiten in ons dagelijks bezig zijn, in onze vrije tijd, ja zelfs in onze kerkelijke activiteiten?

Door alle drukte vergeten we de essentie van het leven te onderzoeken, het doel, de reden waarom we bestaan. We denken dat we het weten. Of we willen het niet weten. We leven erlangs heen.

En de dood komt onherroepelijk. Het einde. En we zien het om ons heen. Lezen het in de krant. Horen het in de familie.

Er was een begin. Dus komt er ook een eind. Punt. Input. Output. Gevuld als het was, het gaat voorbij.

Maar als we onze beperking negeren, dan beperken we het leven nog meer. Missen we de essentie. Schieten we naast het doel. Leven dus niet echt.

En soms zeggen we over anderen dat ze beperkingen hebben. Gehandicapt zijn. Ze missen iets. Maar het kan zomaar gebeuren dat diegenen juist wel 'iets' hebben, wat wij missen. Zonder dat we het weten. Beseffen. Doorhebben.

Hoe hoger de arbeidsproductiviteit komt te liggen, hoe meer we 'alles' najagen, des te meer mensen vastlopen. Hoe gekker je je laat maken door alle nieuws, activiteiten, nieuwste snufjes, hoe meer ons leven bepaald wordt door computers en telefoons en meer en meer informatie, hoe minder we vergeten echt te 'leven'.

Ook ik loop tegen grenzen aan. Mijn roep om stilte ketst tegen mijn eigen muren stuk. De stille week komt eraan, maar de drukte van de laatste weken is zo overweldigend, dat het de vraag is of die week wel zo stil en bedachtzaam en mijmerend zal worden als je van te voren bedacht en gewild en gepland had.

En als je tegen grenzen aanloopt, moet je je beperken. Simpel. Simpel gezegd dan. Mijn twitteractiviteiten staan al op een laag pitje.

'Alles' doet je verlangen naar 'niets'. En tegelijk merk je de moeilijkheid om dat 'niets' te verwezenlijken. Het is mijn worsteling, maar waarschijnlijk ook een algemeen menselijke worsteling, waar we ons niet altijd bewust van zijn. En als we er al naar verlangen, dan valt het nog niet mee om er gehoor aan te geven, en het ook in praktijk te brengen.

Toch een zegening, dat de Schepper ons beperkingen heeft meegegeven. In de vorm van een vast dag- en nachtritme. In de vorm van een rustperiode van slaap. In de vorm van een rustdag. We hebben het gewoon nodig.

Wat een zegen, die Benedictijnse regel. Van ophouden weten. Laten we het gewoon wat vaker toepassen in ons dagelijks leven.

Laten we de stilte wat vaker opzoeken. Om tot onszelf te komen. Om te luisteren naar ons hart. Te reflecteren over ons doen en laten. Om contact te zoeken met onze Schepper. Hij wacht in stilte. Wil naar ons luisteren.

Laten we het doen minderen. Laten we de activiteiten verminderen. Laten  we onszelf beperken. Tot het broodnodige. Tot het hoogst noodzakelijke. Tot de essentie. Omdat het moet. Omdat we het nodig hebben. Omdat het beter voor ons is.

Laten we consuminderen. Laten we weer genoegen nemen met genoeg. Laten we het overbodige negeren.

Laten we niets doen. Vaker niets doen. Meer stil zijn.

Morgen begint de stille week. Een goed moment, een basaal moment, om de essentie van het leven onder ogen te leren zien. Aan de voet van het kruis. Op de kruising tussen dood en leven, tijd en eeuwigheid. Toen de Eeuwige de keus onder ogen zag om Zichzelf te beperken. Tot het tijdelijke, tot de ruimtelijke beperking, tot de dood. De laatste adem uitblies, na drie uur dikke duisternis en oorverdovende stilte.

Hij kwam. Hij was. Hij zag. Hij ging. Hij wacht.

Wees stil en wacht. Op Hem. In de stilte kun je Hem ontmoeten. Soms.

2 opmerkingen:

  1. En toch heeft het grenzen...Tja dat is wat wij meten met onze middelen en volkomen waar vanuit ons gezicht perspectief. Ik vraag me wel eens af of grenzen niet enkel daar aanwezig zijn, omdat wij zelf begrensd zijn?

    Daarom vind ik mensen die menen (slaat dus niet op wat je schreef, maar je leest wel eens wat her en der) een beetje ten dele als men de Godheid probeert te verklaren. Door ons begrensd zijn, is dat een ondoenbare kwestie. God is nu eenmaal zelf wel onbegrensd...

    Vreemde gedachte dat er niemand groter is dan jij... Niemand waar je raad kan vragen. Niemand boven je die het beter weet. En toch is God zo en groter, dacht ik...

    BeantwoordenVerwijderen