Sow for yourself righteousness, reap the fruit of steadfast love; break up your fallow ground, for it is the time to seek the Lord, that He may come and rain salvation upon you (Hosea 10:12).

zondag 29 januari 2012

Gebed voor de verscheurden van hart

voor de tranen 
Heer
de honderdduizend tranen
en voor de pijn
de troosteloosheid
in een groot verdriet
een niet te plaatsen
niet te dragen
nameloos verlies
de uitzichtloosheid
radeloosheid
de diepe
bodemloze put
als je je kind
begraven moet

ontferm U Heer
wordt wakker
en sta op

voor de kinderogen
Heer
de liefde
de lach
de herinneringen
aan hoe het was
voor de gebrokenheid
voor de pijn
die foto's doen
voor woorden
die te kort schieten
voor de gedachten
die teruggaan
voor de vragen
de honderdduizend vragen
de wanorde
de chaos

ontferm U Heer
U was er bij
U weet er van

zaterdag 28 januari 2012

Natuurlijke paradox



Vanmiddag zag ik een waterkip zomaar duiken naar de diepte van de sloot waar ik langs liep. En meteen maakten mijn gedachten een sprongetje, want op datzelfde moment vloog een meeuw twee meter boven mijn hoofd. Twee tegengestelde bewegingen lieten mijn gedachten tollen, terwijl de cadans van mijn benen mijn lichaam inspanning deed leveren, zetten zij mijn gedachten in gang.

Een waterkip zwemt, blijft drijven door de opwaartse druk van het water. Als hij dus moet duiken, gaat hij tegen die natuurkracht in. Hij moet daar inspanning voor leveren en vindt zo zijn voedsel.



De meeuw heeft meer te maken met de zwaartekracht. Hij moet juist inspanning verrichten om in de lucht te komen, te vliegen, te zweven.

Twee tegengestelde bewegingen dus. De waterkip overwint het drijfvermogen en duikt naar de diepte, de meeuw overwint de zwaartekracht en vliegt naar de hoogte.

Als wij vanuit ons polderlandje naar andere landen op reis of vakantie gaan, dan worden we altijd aangetrokken door de machtige bergen. Er is dan een natuurlijke neiging om naar de top te klimmen. Of, wellicht, op een makkelijker manier te laten brengen. Om daar boven dan het uitzicht te bewonderen. Het uitzicht op ... de dalen beneden. We maken wat foto's, voor later, en gaan vervolgens weer naar beneden. Want ja, altijd op die top blijven kan niet. Voor even leuk, mooi, maar praktisch is toch anders ...

Ook wij ontvluchten de zwaartekracht, hebben geleerd om te vliegen als vogels, maar zijn ook altijd weer blij als we veilig op de grond zijn teruggekeerd. We hebben leren spartelen in het water toen we jong waren, leerden zwemmen, genieten van het water in het zwembad of aan het strand. Lieten ons als kinderen mee drijven met de golven.

Maar soms, dan is er sprake van optisch bedrog. Als het water dat zachtjes naar beneden stroomt, bergafwaarts de oevers volgt, en de wind de golven juist de andere kant op stuurt.



Je hebt als mens altijd de natuurlijke neiging om mee te gaan met de vaart der volkeren, je mee te laten voeren op de gemakzuchtige weg. Go with the flow. Je mee laten voeren door de wind. Maar als je ergens wilt komen, als je een doel voor ogen hebt, dan kun je niet schuilen voor de wind, wachten tot het stiller wordt. Dan moet je tegen de wind optornen. Tegen de stroom in zwemmen. Bergen beklimmen. De moeilijke weg gaan. Om uit te komen waar je wilt. Bij de bron. Op de top. Op je werk. Of juist thuis.

Soms kom je er achter hoe mooi iets is, als je er vanuit een ander perspectief tegenaan kijkt. Op vakantie is het leuk, mooi, apart, anders, je maakt er foto's van, maar bij thuiskomt waardeer je ook je eigen huis, je bekende omgeving, je eigen spulletjes, je vertrouwde bed weer meer. Je hebt het gemist. Toch. Een beetje.

Soms kom je er achter hoe diep de liefde zit, als je het voorwerp, het onderwerp, het middelpunt van die liefde moet missen. Wij zijn het zo gewend, het is zo gewoon geworden, zo alledaags, zo om ons heen, dat we er langs heen leven. Totdat het weg is. Echt weg. Voorbij. Dan pas dringt het tot ons door. Komt het binnen. Scheurt ons hart. Krimpen we inéén van pijn. Innerlijke pijn.

Verdriet laat zien hoe diep de liefde zit.

Misschien moeten we eens wat vaker onze natuurlijke neigingen onderdrukken. Tegen de stroom in zwemmen, om de bron van het leven op te zoeken. De diepte in duiken, om geestelijk voedsel te zoeken. Boven onze eigen zwaartekracht uitstijgen en ten hemel varen. Achter het gordijn kijken, in de ander wereld. Misschien moeten we eens wat vaker zeggen dat we van elkaar houden. Ons realiseren en uitspreken hoe diep die liefde zit. Vóór het te laat is, vóór het voorbij is.

De stilte zoeken om tot onszelf in te keren. Onze handen vouwen om bij God terug te keren. Te zitten aan Zijn voeten. Te luisteren naar Zijn Geest. Te lezen in Zijn Woord. Het is oud, maar nog zo actueel.

Op adem komen. Stilstaan. Gelouterd worden. Bewust leren zien. Schelpjes zoeken aan het strand. Graven in de diepte. Dromen dat we kunnen vliegen. Zaadjes planten.

Hopen tegen beter weten in. Onder ogen zien wat wacht.

Zo kunnen natuurlijke paradoxen van de dieren om ons heen soms een eye-opener zijn ...

Onder of van boven wijs

Laten we school maar meteen afschaffen. Te veel nutteloze informatie, te weinig basiskennis, zonde van de tijd, geknechte creativiteit ....

Terwijl er deze week 20.000 leraren aan het demonstreren waren in Den Haag, gooide ik bovenstaande uitspraak de sociale media ether in. Ze hadden het kennelijk allemaal erg druk met staken, want ik ben niet meteen op mijn nek gesprongen. Ik heb daar later nog even over na lopen denken. Hoe kom ik aan zo'n gedachte? Spreekt er frustratie uit het verleden uit? Was het een grapje? Was het uit de lucht gegrepen?

Misschien wel alle drie ...

Eerlijk gezegd heb ik zelf niet zulke goede ervaringen met school. Natuurlijk, je leert er goede dingen, lezen en schrijven, daar heb je wat aan. Je hoort er mooie verhalen, althans bij sommige onderwijzers op de lagere school. Verhalen die gingen leven. En met één gingen we zelfs als klas naar buiten om de namen te leren van alle planten die we tegenkwamen. En we vingen kikkerdril, die we dan in een namaakvijver in een opblaaszwembadje voor in de klas weer loslieten. Maar dat zijn wel de spaarzame momenten van goede en mooie herinneringen. Voor de rest moest je heel veel doen, met de nadruk op 'moest'. Het hoorde, je wist niet beter.

Maar je ogen en je aandacht dwaalden vaak af, je fantasie ging op de loop. Lezen was veel leuker, avonturen meebeleven, die je zelf nooit zou meemaken. Andere werelden ontdekken, andere culturen. Er was een verlangen dat groeide. Je zag iets dat er niet was. Van binnen. Onbegrepen door cijfers, onvatbaar voor onderwijzers. Gelukkig kon ik wel goed leren. Ik groeide daarbij nog eens op in een tamelijk beschermde omgeving, eenvoudig en overzichtelijk. En je had maar twee soorten kinderen in het dorp, openbaren en christelijken, strikt gescheiden werelden ...

De overgang naar het voortgezet was dan ook groot. Fietstochten van een half uur, andere kinderen uit andere dorpen. Allemaal verschillende leraren met ieder een aparte gebruiksaanwijzing. Verwarrende gevoelens. Tegenstrijdige of lacherige tegengeluiden over wat je zondags in de kerk hoorde. Ervaren dat je in twee werelden leeft. Huiswerk, heel veel huiswerk. Te veel nutteloze informatie tot je nemen, dat ook nog eens te veel vrije tijd opslokte. Doelbewust tijdverdrijf in uitermate saaie lesuren, ongelukkige bezigheidstherapie. Verplicht luisteren naar andermans problemen. Tempo vertraagd tot het niveau van de niet-snappers. Wat gek dat iedereen dat pikte ... het hoorde zo ... je wist niet beter. Natuurlijk, het was niet allemaal kommer en kwel. En serieus, we maakten ook grapjes ...

Zonnige, kleurrijke winterwandeling

Eindelijk weer eens een stevige wandeling kunnen maken. Weggegaan met sombere wolken, die de wereld een grijze aanblik gaven, maar al snel kwam de zon kijken en toverde verrassend heldere kleuren in het winterse landschap. Zo tegen het eind was er zelfs sprake van een vage, mistige, ietwat mysterieuze sfeer. Maar wel lastig om te vangen in een foto, omdat het polderlandschap nogal ontsierd wordt door nogal het beeld bepalende elektriciteitsmasten. Maar toch, er viel nog genoeg te genieten ... een selectie.




donderdag 26 januari 2012

Gedichtendag

Soms heb je van die dagen ...

Vanmorgen zag ik op Twitter voorbijkomen dat het vandaag Gedichtendag was. Nooit van gehoord. Maar als je dan wat voorbij ziet komen, dan denk je, hé, toch wel leuk. Er staan in mijn boekenkast aardig wat gedichtenbundels, maar er is er zelden één helemaal uitgelezen. Toch hebben ze mij op de een of andere manier wel geïnspireerd tot het zelf schrijven van gedichten.

Nou ja, gedichten. Zonder rijm, zonder vorm. Gedachtenkronkels. En de laatste tijd is dat zelfs weer geïntensiveerd. Pogingen zijn op dit blog ruimschoots te vinden. Nou lijdt ik daar wel aan een hoge mate van teveel-woorden-gebruik. Er zou meer geschrapt en geschaafd moeten worden. Kernachtiger verwoord.

Vandaag liet ik me meesleuren, en deed in één keer ook mee. Eerst een, toen twee, vanavond nog een paar. Leuk om te doen. Geïnspireerd te raken. Gedwongen kernachtig te zijn. Verbaal kanaal zoeken om woorden te stallen.

Zou ik dan toch eindelijk echt mijn literazeurtrauma van school hebben overwonnen ...?

Hier een lijstje met de vandaag door mij verzonnen exemplaren op een rij.


- Vlinders van gevoelens vangen, teerheid aanschouwen, tegen beter weten in wachten op de rups, liefde kun je niet bewijzen.

- Wachten op het wonder, broeden tot het bloedt, schuchter uit de schulp, stamelend verwoorden, bedremmeld laten gaan.

- Wachten op inspiratie, worstelen met woorden, te kort schieten in uitdrukkingsmogelijkheden, schrappen, strepen, zuchten ...

- Er is iets tussen God en mij, het luistert nauw, het fluistert zacht, soms landt het, onverwacht, als morgendauw.

- Open wachten op het licht, opmerkzaam vangen van een boodschap, koesteren van de onverwachte lading, huiverig weer laten gaan.

- Pijn erkennen en verlangen, toelaten en afstand nemen, betreuren en bezingen, leven en overleven.

- Omdat je geraakt bent, adem halen, de pen in je eigen hart dopen, en proberen anderen te raken.

- Vragen onder ogen durven zien, beschouwen, mijmeren, beseffen dat niet overal een antwoord voor is te vinden.

- Bij anderen lezen en herkennen, wat je zelf ten diepste denkt en wenst en voelt.

- Beelden vangen, diepte zoeken, metaforen horen, liefde schieten, zachte harten trachten te raken.

- Dromen van verlangen vangen, boetseren, gieten in vorm, vertalen naar kale, basale en tedere, plooibare nuances.

- In de verte kijken, herkennen en vertalen, schilderen met woorden van gevoelens en verhalen.

- Inkeren in eigen eenzaamheid, verstopte juweeltjes vinden, om ze te laten ontsnappen als oplichtende spiegelvlinders van taal.

- Dichten is niet te verwoorden gaten dichten tussen verstand en gevoel, tussen zien en geloven, tussen verleden en toekomst.

- In een wereld van herrie is een gedicht stilte die resoneert, in de verwarring en diepte van je gevoelens herkenning oproept.

- Een gedicht is een druppeltje liefde, een vleugje wind, vederlicht en fluisterstil, zo maar gevlogen, of geraakt, voor wie het merken wil.

dinsdag 24 januari 2012

Verlangen (een licht te zijn)

verlangen

een kaarsje
te zijn
met een vurige vlam
en een innerlijke drang
om licht te verspreiden
in het duister
van de koude nacht

of een wegwijzer
star en standvastig
anderen
heen te doen gaan
waar het doel
van de weg ligt
verborgen
achter de horizon

zegen te zijn
en te verspreiden
liefde te schenken
aan een verkilde ziel

Verlangen (om het licht te zien)

proberen
om zwevend
te vliegen
uit te stijgen
boven het alledaagse

het laag bij de grondse
hedonisme
te ontvluchten

onthecht
van materie
te jagen
naar het onkenbare
de wijsheid van boven
het totaaloverzicht
van alles
wat is

verlangen
om het licht te zien
niet alleen alles
te bekijken wat
er zichtbaar door wordt
maar verder zoeken
naar de bron
de oorzaak
te ontdekken
van alle leven
verwarmd
tot in het koudste hoekje
van je hart

maandag 23 januari 2012

Stille drukte, drukke stilte of stille rust

als 

het druk
en heftig
stormt
van indrukken
die je te pakken
willen nemen

je de druk
ervaart
om te presteren
je hoofd
op barsten staat
de bellen rinkelen
en de deadlines
ruimschoots
overschreden zijn

dan

snak je
naar rust
en stilte
om je heen

verlang je
op jezelf te zijn
basaal
en kaal

alleen
nog maar
ademen
en voelen
dat je er bent

maar als je dan
de kans krijgt
alleen te zijn
dan voel je het
kriebelen
en wiebelen
en dringen
al die te moeten
zaken
te volbrengen
taken
nog
in je hoofd
houden je aandacht
gevangen
verdrijven de rust
die je zocht
vergallen
de eenzaamheid
tot onrustige kakafonie
van dartelende gedachten

o

zou het niet
mooier
en beter zijn
om telkens weer
in de stilte
te beginnen
jezelf
van alle overbodige ballast
te ontledigen
een te zijn
met alles
om je heen
nederig
aanwezig
te zijn
bij de stille Getuige
adem
te halen
in zijn wind
en geest

en zo

opgeladen
gepoetst
en schoon
gewassen
vervuld van
warme vrede
en gelouterde liefde
weer op te staan
glimlachend
op weg te gaan

alle herrie
van een afstand
bedaard
te aanschouwen
je schouders
op te halen
en vanuit
een innerlijke rust
stap voor stap
en taak voor taak
de stapels
weg te werken
objectief
te leren
nee te zeggen
tegen alle gekte
en als het dan toch
te veel
dreigt te worden
gewoon op te staan
en weg te lopen
denkend
morgen
is er weer
een dag

want

de boog
kan toch niet altijd
gespannen zijn

als er al druk
op de stilte ligt
waar moet je dan
de rust nog vinden

dus

is altijd
de eerste prioriteit
de drukte
af te leggen
in het zwijgen
leeg te leren worden
van woorden
en taken
alle doen
te laten
alle onrust
uit te blazen
geestelijk
op adem
te komen
stil te worden
voor de Vervuller
van Liefde
te bidden
zonder woorden
te zijn
zoals je bent

dan

kun je het leven
pas aan
dag voor dag
stap voor stap
ademtocht
na ademtocht

ja

dat het kan
dat weet je wel
en dat het moet
daar ben je van
doordrongen

maar

doen
is dan
vreemd genoeg
altijd weer
trager
en vooruitgeschoven
ondergeschoven kindje
van de rekening
dan het wensen

zo lijdt de mens
het meest
door voor doen
te vrezen

in plaats van
te vertragen
te remmen
voor overstekende haast
en te duiken
voor overvliegende drukte

alleen

vanuit de kern
van zijn
en samensmeltend
met de Hartenluisteraar
die stilte resoneert
kun je naar buiten treden
het leven tegemoet

niet

andersom
vervuld van alles
trachten jezelf
te vinden
en te ontdekken
in de chaos
van drukdoenerigheid
en wentelen
in bezig-zijn

wel jammer
dan weer

dat er zoveel 
woorden
nodig zijn
om zo iets basaals
duidelijk te maken

het bewijs
van overtolligheid

nog lang 
niet klaar
dus
met leren
te beperken
tot een enkel woord
met dezelfde strekking
als dit hele betoog
in al zijn dubbelzinnigheid
en uitgestrekte
uitgesmeerde
uitgemolken
uitgerekte
woordenbrij
kan duidelijk maken

oef

nu heb ik zelf
de stilte 
even
heel hard nodig
de warmte
van een bed
en de van vele gedachten
zuiverende slaap

daarom
wens ik mezelf
de rust
en vrede toe
de genade
van overgave
het wonder
van onthechten
en de kunst
van loslaten

zondag 22 januari 2012

Niets ...?

soms
als je
heel direct
de dood
in de ogen
hebt gekeken

de adem stokt
je hart ontroert

alles schudt
en hoorbaar zwijgt

verstomd
geraakt
gebroken

je teruggeworpen bent
op de kern
van het bestaan

kaal
en naakt
de waarheid
hebt onthuld
het wezen
en de zin
van zijn

zaterdag 21 januari 2012

Een bewogen week

Het was wat stil hier op dit blog, en ook op Twitter, deze week. Met elkaar als familie een bewogen week achter de rug. Overlijden van mijn schoonvader. Voorbereiden met elkaar, hoe je de begrafenis gaat vorm geven. Woorden zoeken. Praktische zaken regelen. De dag van de begrafenis ondergaan. De waarde van familiebanden en onderlinge relaties opnieuw ervaren.

Maar ook, zomaar, niet in een opwelling, maar toch ineens heel snel, tegelijkertijd werken aan een nieuw weblog, een monument oprichten voor onze zoon, Nathaniel, 21 jaar geleden geboren.

Vreemd genoeg bijna niet persoonlijke omstandigheden en gebeurtenissen bloot gegeven op dit blog, geen privé gegevens van vrouw en kinderen naar buiten brengen, maar dan ineens wel zoiets vormgeven. Open, kwetsbaar, eng.

En daar tussendoor, deze week actief deelnemen aan de Week van gebed. Ervaren dat de kerken naar buiten toe een negatief imago hebben gekregen, maar ook iets ervaren van de onderlinge eenheid, het bestaansrecht onder ogen zien, aan den lijve ervaren. God is er en we mogen Hem zoeken, zien, geloven, ervaren.

Midden in het leven, dat gewoon doordraait. Midden in het ervaren en ondergaan van de dood, als die dood een gat geslagen heeft in je familiekring. Het hoort allemaal bij elkaar, maakt deel uit van de gebrokenheid, waarin nog restjes goddelijk vuur smeulen tussen de resten van Zijn aanwezigheid.

Niet zien en toch ervaren, is dat het niet wat ons leven zo spannend maakt? Wat ons doet zoeken, altijd weer, naar zingeving, naar antwoorden op moeilijke vragen?

Ze zijn er misschien niet, nog niet, die antwoorden, maar het feit dat we zoeken is een bewijs dat we onvolledig zijn. Dat we iets missen. Dat we losgeslagen, verdwaalde, dolende mensenkinderen zijn. Met een gat in ons hart. Met een verlangen naar meer, dat niet gevuld kan worden met nog meer materie. Met heimwee. een hunkerende droom.

De mens die naar rust zoekt, die alleen vervuld kan worden door het contact met God, voorzover nu al mogelijk.

Tegelijk ervaar je in deze week ook hoe moeilijk dat is over te brengen, die diepere boodschap van het leven, de zin van zijn, leven met God. Hoe leeg woorden kunnen klinken als je er niet voor open staat. Hoe je te kort schiet in het uitdrukken van je gevoelens. Hoe het leven in feite worstelen is. Ploeteren. Modderen. Vinden wat je hand vindt om te doen. Anderen herkennen en meenemen, ondersteunen. Delen van wat je ontvangt. Woorden zoeken waar geen woorden voor zijn.

Het blijft stamelen.

Soms wordt het zingen. Aarzelend. Schuchter. Hoopvol. Verlangend.

Snakkend naar levend water, doorschijnend licht in donkere duisternis, diepe waarheid, restjes hoop, geborgenheid.

Hakend naar liefde. Gebroken, te kort schietende, haperende liefde. Soms. Vaak. Maar wel beeld van het echte bestaan ervan. Het besef gevend, oproepend dat het er echt moet zijn. Ergens. Ooit.

Ja, dat geloof ik. Zelfs in deze bewogen week. Of misschien wel: juist in deze bewogen week. God is er, ook in de gebrokenheid, de shit, de puinhopen, de ellende, de pijnlijke herinneringen, bij het graf. Zelfs daar.

Zo diep gaat Zijn liefde. Zo warm is Zijn hart.

En wij, wij waren, wij zijn ten dele, beelddragers van Hem. Er is nog licht in ons. Er resoneert iets. Er roept iets. Luisterend naar de stilte. Herkenning zoekend.

woensdag 18 januari 2012

Loflied op de molen



geboren uit nood
in vroeger dagen

met kunst en vernuft
opgericht
voor droge voeten
en een polder
om in te wonen

inmiddels werelderfgoed
nog steeds functioneel
trekpleister
voor toeristen

en ik mag 
zomaar elke dag
vrij genieten
van dit schouwspel
fotogeniek
en inspirerend

silhouetten van het licht
symbolen van trouw
en standvastigheid

schakel 
tussen niveauverschillen
hogeropbrengers
waterdragers
ecodraaiers
windvangers


soms

stil en geduldig
wakers van de nacht
wachters op de morgen
wijzend naar de hemel

maar als dat nodig is
op zijn tijd
fier en statig
gedreven door de wind

functionele speelbal
van de elementen

en dat allemaal
middenin
een mooi stuk natuur

zo kan het dus ook
de mens
die de natuur benut
voor zijn cultuur
en die ook nog
in stand houdt




zaterdag 14 januari 2012

Bouwen aan een monument (2)

Vandaag de eerste stappen gezet om te werken aan het monument waar ik eerder over schreef, 'Bouwen aan een monument', een nieuw blog over het korte leven van onze zoon Nathaniel, 21 jaar geleden geboren en overleden aan een hartafwijking.

Vanmorgen de eerste structuur gemaakt. Vanmiddag was er condoleren in verband met het overlijden van mijn schoonvader. En nu, vanavond, in alle rust, gewerkt aan de invulling van de eerste teksten, die al die jaren geduldig lagen te wachten.

Het voelt vreemd, zo, die twee voorbije levens. Een generatie boven me, een generatie na mij. En ik ben een raakpunt, een tussenschijf, een verbindingsschakel. Het heden raakt het verleden.

Het is nog niet af, nog lang niet. Maar de eerste fase ging redelijk snel. Ik wil proberen op dat blog ook tijdens het formeren, vormen en formuleren mijn gevoelens en ervaringen te delen, maar wil het wel gescheiden proberen te houden van de activiteiten van deze blog. Dit is dus voorlopig de laatste verwijzing ernaar.

Voor de geïnteresseerden, voor degenen die het aankunnen, voor degenen die iets soortgelijks hebben meegemaakt, dus: 'Monument voor een parel'.

vrijdag 13 januari 2012

Luchtkastelen

in het licht
van de dood
wordt hollen
stilstaan

stokt
de adem
van lichtzinnigheid

vallen vormen
en dromen
helder
in duigen

in het zwart
van de nacht
valt nep
van de zetel
wordt schijn
ontdekt
aan leegheid
en doet stilte
zeer
aan de ziel
tot op het bot

luchtkastelen
frommelen op
tot
een lege huls

Indirect licht


Als je fotografeert is de zon altijd een hulpmiddel, waar je rekening mee moet houden. Als er geen zon is moet je bijlichten met kunstlicht, of het weinige licht van maan of sterren proberen te vangen en een lange sluitertijd gebruiken. Als hij er wel is, zet hij alles in de omgeving in het licht. Maar rechtstreeks de zon fotograferen is niet de bedoeling, daar krijg je mislukte foto's van. Scherp, overbelicht. Zelfs bij zonsondergang en zonsopgang moet je oppassen. Je maakt dus in feite meestal gebruik van indirect licht. Afgeleid licht. Niet de bron, maar wat uit de bron komt. Levend licht. Lichtgevende werkelijkheid. Stralen die het onderwerp, het landschap, de lucht of personen beschijnen, zodat alles zichtbaar wordt voor je ogen. En vast te leggen is voor je camera.

Ik moest hier vanmorgen aan denken, toen ik bovenstaande foto maakte. De zon is niet direct te zien, verborgen achter de lage wolken net boven de horizon. Maar je ziet wel de lucht langzaam verkleuren en de schaduwen van de nacht verdrijven. De invloed is waar te nemen, veel verder boven de horizon, het firmament neemt warme kleuren aan. Soms duurt het maar even, enkele minuten, een kwartier. Vaak achterom kijken dus. Bewust zijn van je omgeving.

En dat is allemaal tegelijk weer een metafoor voor het leven.

God is er. Je ziet Hem niet. Maar Zijn invloed, Zijn stralen, Zijn licht zijn wel waar te nemen, te ervaren. Of je het nu gelooft of niet. Of je er nu blind aan voorbij loopt of niet.

Bouwen aan een monument

Zo in deze dagen tussen overlijden en de begrafenis van een familielid, tussen emoties, regelen, overleggen en noodzakelijk terugkeren naar je werk, komen er allerlei herinneringen boven drijven. Bespreek je met elkaar gebeurtenissen uit het verleden. Ook in de gesprekken met andere familieleden en kennissen worden bepaalde zaken uit het verleden benoemd, hoe de persoon was, dingen die gezegd zijn.

Je kijkt terug met elkaar, het pad af wat je samen gelopen bent, de raakpunten. Bijzondere dingen en gebeurtenissen, maar ook de gewone, dagelijkse gang van zaken. Hoe iemand was en wat hij deed. Zijn karakter en wijze van handelen. Ook met zijn fouten, maar in deze situatie lijkt het wel of die even wegvallen. Of je al tastend en zoekend probeert de kern te vinden. Het wezen. Alle overbodige schillen afpellen.

Je bent met woorden, gedeelde herinneringen en gevoelens aan het bouwen. Het bouwen van een monument. Een gedenkteken. Een markeerpaal. Dit was zijn leven. Het is nu voorbij. Het heeft iets betekend, het heeft ons mede gevormd. We hebben er ook, soms met vallen en opstaan, van geleerd.

Het volk Israël heeft dat meerdere malen gedaan in de omzwervingen voor en door het beloofde land Kanaän, van die gedenkstenen oprichten, letterlijke stenen, met een symbolische betekenis. Herinnering aan een stukje geschiedenis, een belangrijk gebeuren, gedeelde ervaringen, bijzondere uitredding.

woensdag 11 januari 2012

Droeve dagen

Gisteravond overleed op de leeftijd van 80 jaar, mijn schoonvader. Het is niet mijn gewoonte om mijn privé-leven hier al te nadrukkelijk te etaleren, maar om deze schok in ons familieleven kun je moeilijk heen. Een kort verslag van droeve dagen ...

Na enkele jaren van langzame lichamelijke achteruitgang, lang op de wachtlijst staan voor een verzorgingstehuis, enkele weken in het ziekenhuis na een Tia, een kleine hartaanval en een epileptische aanval, en na een verblijf van drie weken in een verzorgingstehuis in Rotterdam, werd hij gisterenmiddag weer opgenomen in het ziekenhuis met koorts, een lage bloeddruk, vocht achter zijn longen en waarschijnlijk een longontsteking. Daar werd al snel geconstateerd dat hij ook een bacterie in zijn bloed had, mogelijk overgehouden aan een blaasontsteking.

Toen hij in het ziekenhuis aankwam begon zijn toestand binnen korte tijd zo te verslechteren, dat de verdere familie werd gewaarschuwd. Net voor wij, vanuit ons werk, arriveerden, is hij overleden. De vrouwen, twee dochters en een schoondochter, waren er wel bij.

Wat mij, als aangetrouwde schoonzoon, dus minder direct door bloedbanden betrokken, opviel, is dat de chaotische, emotionele eerste fase langzaam verloopt naar een rustige, bijna trage gewaarwording van een urenlang bewust beleefd samenzijn, waarin emotionele, diep ingrijpende herinneringen worden opgehaald, praktische zaken moeten worden geregeld, koffie wordt geschonken en noodgedwongen wordt gewacht op degenen die beslissingen moeten nemen. En daaroverheen hangt een waas van heiligheid, een sacraal moment van diep besef van de uiteindelijke machteloosheid om elkaar als mens deze laatste fase van zijn leven te begeleiden of het lijden dat hem overkomt te verlichten. Een basale ervaring van menselijkheid en tijdelijkheid, kwetsbaarheid en kostbaarheid. De laatste adem van de betrokkene zet een proces in gang bij de achterblijvers, wat heel lastig is te benoemen.

Liefhebben, loslaten, terugkijken en dankbaar zijn voor wat er geweest is, beleven in het nu van enkele momenten uit iemands leven, vaststellen dat je met alle vezels aan elkaar verbonden bent, het niet kunnen bevatten van de dood, en toch moeten accepteren dat iemand je ontvalt. Dat het lichaam dat je voor je ziet hetzelfde lichaam is, maar dat de vluchtigheid en lenigheid van iemands geest, iemands zijn, de persoon die je liefhad, met de laatste hartslag is verdwenen, met de laatste adem naar een andere wereld is vertrokken, onzichtbaar, ongrijpbaar, onnavolgbaar.

Ik probeer woorden te vinden voor dat wat je graag vast zou willen houden, dat besef van de zaken, gevoelens en gewichtigheden van werkelijke waarde, waardoor heel veel andere zaken, waar je je vaak in het dagelijkse leven van elke dag druk om maakt, in het juiste perspectief worden gezet. Maar, gek genoeg, als je thuis komt, moeten er direct allerlei praktische zaken worden geregeld met de begrafenisondernemer, moet je stoeien met woorden om de simpele tekst voor een rouwkaart op te stellen. Terug op aarde, de koude realtiteit.

En als je uiteindelijk, doodmoe en versleten, vol van indrukken in bed ligt, dan kun je niet slapen, malen er allerlei zaken door je hoofd, blijf je maar draaien, klaar wakker. En sta je vermoeid weer op, verder met regelen, adressen verzamelen, stickers tikken, etc., etc.

En, als het lichaam naar de aula is gebracht, met elkaar gaan kijken, constateren dat hij weer veranderd is. Stilstaan bij een dode, terwijl het leven om je heen doorraast.

De eerste reacties, telefoontjes, kaartjes. Gebel, geregel, vooruitkijken.

En verder, nadenken over de invulling van de begrafenis, die we zelf vorm en inhoud moeten zien te geven. Mooi om te doen, maar het vereist wel het nodige denkwerk, overleg, graven in herinneringen, helderheid zoeken, woorden proberen te vinden, inspiratie proberen op te doen. De waarde van het menselijk leven en de intermenselijke relaties proberen te vangen in tekort schietende woorden, juist bij het lichaam van een dode. Niet zomaar een dode, iemand die je liefhad, maar toch.

Waarom dringt dat altijd pas goed tot ons door als het voorbij is? Wat zijn wij voor liefhebbers van nep en oppervlakkigheid, of mensen die het denken te weten, maar ons toch telkens weer onder laten sneeuwen door het schuim, de slagroom, de wolkenbrij, in plaats van het te zoeken net onder de oppervlakte, een spade dieper, of net boven het maaiveld, een treetje hoger?

Het woord 'tevredenheid' viel vandaag en dat bleef even hangen. Blijven bij wat je hebt, wat je bezit, dankbaar en genoeg hebbend om van te leven en ook elkaar van uit te delen. Niks ambitie, niet streven naar het onhaalbare, geen jaloersheid.

Ik moet dat even verwerken allemaal. Leggen langs de idealen en verlangens die ik zelf vanuit christelijk perspectief heb, weliswaar niet op materialistisch vlak, maar toch.

Maar eerst nu maar eens het verstandelijke en redeneren opzij zetten, om ruimte te bieden aan emotie en onderlinge warmte, betrokkenheid op elkaar, toeleven naar het moment van definitief afscheid nemen, het zaaien van een lichaam in de aarde. Stof tot stof.

zondag 8 januari 2012

Niet aan te raden nutteloosheid

als tegenwicht
voor de drang
naar altijd weer
iets zinnigs
te willen zeggen
iets nuttigs
te berde 
te brengen
reflectie
van een dagelijks beeld
te vangen
en op een ander
hoger plan
te tillen
woorden
te vangen
om vormen
te vinden
om gestolde liefde
aanraakbaar
te maken

heb ik 
vanavond
zomaar zin
tegennatuurlijk
onnuttig 
te doen

ook
wel eens
lekker

geen diepere lagen
geen heldere boodschap
geen climax
of uitgesponnen zinnen

geen verwijzing
of metafoor

gewoon
niets
om
mee naar huis te nemen
te onthouden
of door te geven

klare taal
dus
akelig kaal

kralen
om te ruilen
tegen
verspilde tijd

ach
jammer dan
toch weer
onbewust
een metafoor
gebruikt

niet gelukt dus
dit gelanterfant

zaterdag 7 januari 2012

Eenheid

dat wij
van nature
telkens weer

onderzoeken
wegen
meten
ontleden
fileren
filteren
beredeneren
onderscheid maken
etiketten plakken
in vakjes verdelen
rubriceren
beoordelen
wijzen
selecteren
uit elkaar halen

scheiding maken
tussen 
lichaam en geest
gevoel en verstand
hemel en aarde
man en vrouw
arm en rijk
God en mens
kerk en wereld
binnen en buiten

maar
dat U
ooit
ons
schiep
naar Uw beeld
en gelijkenis

tot zijn
geroepen
om één te zijn
met U
te wandelen
in de hof
te spreken
over Uw glorierijke daden
en Uw eeuwig zijn

man en vrouw
om één te zijn

apart
maar toch
één

samen
op elkaar
gericht

als éénheid
op U gericht

Beeld

het beeld
dat wij ons 
vormen
opbouwen
uit ideeën
verstevigen
met meningen
en aangenomen adviezen

is dat nou
de kern
en het wezen
of slechts
de uiterlijke schijn
van zijn

de gemetselde
muren
van buitenkant
als weerspiegeling
of juist bedekking

de vorm
die wij kiezen
voor wat
niet te bevatten is
en dat wij 
dan later weer 
ontlopen
omdat het niet
beantwoordt
aan ons wereldbeeld
of ons verlangen
wat doel moet
zijn
van wie wij
zijn
of willen worden

ontworsteld
en ontworteld
om gericht
het gat te dichten
met nieuwe
maar andersoortige
vullingen

de bezigheden
die wij zoeken
altijd
eindeloos
en rusteloos
is dat niet
een eeuwigdurend 
ontlopen
van onder ogen zien
dat wij de onrust
diep van binnen
niet kunnen
stillen
met beelden
en vormen
dode dingen
en bezig zijn

diep
onder het stof
van eeuwen
her

ver 
in de krochten
van de ziel

ligt
diep verborgen
helende 
lavende stilte

ontloopbaar
en toch bereikbaar
onzichtbaar
maar wel te ervaren
schijnbaar doelloos
best wel eng
en confronterend

maar beter
dan het beeld
de vorm
of alle drukte
opent zij
de ogen
van onze geest
voor de achterkant
van zijn
de toekomst
van worden
het wezen
van inhoud
de oorzaak
van leven

soms
vang je dan
een glimp op
van eeuwigheid
de bron
van alles

vallen 
beelden
in duigen
en dingen
op hun plek

kom
laten we gaan
onthechten
en loslaten
zitten
en zoeken
naar de kern
de stilte
en de bron

beelden
voorbijgaan
dromen
verbeelden
verlangen
benoemen
vormen
ontmaskeren
en komen
tot het doel

het doel
van enkel
liefde
puur
volmaakt
relationeel
en diep verbindend

kom
bid
met mij
de diepte in
de hoogte op
de verte in

naar binnen
naar buiten
naar boven

vrijdag 6 januari 2012

De grens van vol

Je ogen kunnen groter zijn dan je maag. Als je van lekker eten houdt en de geur komt je tegemoet, dan wil je wel toehappen. Eten. Schranzen. Smikkelen. Smullen. Tot je geen pap meer kunt zeggen. Je zit gewoon vol. Maar er is een verschil tussen vol en vol. Soms weet je ineens dat je te ver bent gegaan. Je buik bolt, je broek knelt, de hik slaat toe. Oeps, over de grens gegaan .... Dat duurt weer een uur of langer voor je dat gevoel kwijt bent. En nog langer voor je lichaam zich hersteld heeft.

Ik herinner mij een uitspraak van iemand die ooit bij ons thuis de maaltijd nuttigde. Hij zei dat je zoveel moest eten, dat er altijd nog een spekpannenkoek bij zou kunnen. Verstandige les, waar ik nog wel eens aan terug heb moeten denken ...

Als je graag leest, vult zich in de loop van je leven een boekenkast met boeken. Brede interesse en algemene belangstelling betekent ook veel boeken. Veel te veel. Maar hoe ouder je wordt, hoe minder tijd er over blijft voor het lezen. De stapel met nog te lezen exemplaren groeit en groeit. Vol is vol. Er kan niet meer tijd bijgemaakt worden in je leven. Je zult het moeten doen met schaarse momenten of vrije dagen in de vakantie. Maar ja, dan wachten er ook nog andere zaken op actie ...

Het voorbije jaar 2011 was een heel druk jaar, in ieder geval voor mij. Drukte op het werk, drukte in het gezin, een aantal nevenactiviteiten die, regelmatig verspreid over een heel jaar, geen probleem zouden moeten geven, maar die toch altijd weer ineens een opstapelend effect krijgen. Supergeconcentreerd soms. Piekbelasting. Actie overschot, tijd te kort.

Een mens is flexibel, kan veel hebben, zelfs langdurige overbelasting. Maar er is een grens. Je gaat het voelen. In je lichaam. Spanning. In je geest. Moeheid. Je moet stoppen. Stilstaan. Tot bezinning komen. Vol is vol. Er kan niet meer bij. Denk je. Maar toch wel. Blijkt. Zomaar. Pfft.

Soms loopt de emmer over. Gewoon te vol. Accepteer het. Laat het gaan. Blijf nuchter. Relativeer. Ontspan. Relax. Slaap.

Jaja, makkelijk gezegd. Met spanning in je lijf slaap je juist slecht. Wordt je elke morgen slaperig wakker. Niet uitgeslapen en uitgerust. Niet ontspannen. Betonhoofd.

En toch gaat het. Dag na dag. Week na week. Maand na maand.

donderdag 5 januari 2012

Vriend

heb je ooit
mijn vriend
wel eens gezien

hij maakt me
elke morgen
wakker
waait
de slapers
uit mijn ogen

soms
fluistert hij
zachtjes
mijn naam
streelt
mijn wangen
ritselt
bewogen
door de bomen
langs de weg

af en toe
buldert hij
boos en onstuimig
en worstel ik
hijgend en snakkend
naar adem
op de toppen
van mijn eigen
wijsheid
en lichamelijk vermogen
kop vooruit
mijn frustraties weg
zoekend en tastend
naar zijn oorsprong
of bron van bestaan

maar 
elke keer weer 
is hij
onvindbaar
niet te traceren
verborgen
in een geheim

als hij dan
zo'n bui heeft
en je de andere kant
op moet
dan neemt hij
je uitgelaten mee
als een dolle hond
wervelend
gedreven
vooruitstrevend

heb je hem
ooit
wel eens gezien
mijn vriend
de wind

nee
waarschijnlijk 
niet

al laat hij dan
bewust
zijn sporen na
is hij ervaarbaar
en te volgen
ook ik
heb hem
nog nooit
met eigen ogen
waargenomen

zo 
zijn er 
meer

en is mijn vriend
een beeld
een metafoor
van geheimen
die je vermoedt
en bespeurt
echter dan echt
maar
niet te bewijzen
te tellen of te meten
te wegen
of ter verantwoording
te roepen

maar 
in fluisterstille staat
of adembenemend 
stormachtig
toch zo basaal
en alomtegenwoordig
dat je niet snapt
dat zoveel mensen
zo argeloos
en achteloos
voorbijgaan
aan het niet te missen
wonder
van leven en licht
adem en geest


soms
leer je
van het leven
dat alle belangrijke waarden
niet tastbaar zijn


er zijn
van die zaken
waarvan je de waarde
pas goed beseft
als je ze missen moet

er zijn
van die dingen
die je alleen maar
kunt geloven

als je
met pijn in je hart
uit volle borst
tegen de klippen op
zingt

als je
met hart en ziel
worstelt
met het  
niet te vatten 
wonder

als je beseft
dat levens
zomaar ineens
voorbij zijn
weg
achter de horizon
van het verleden

als je te bang bent
voor wat komt
om zelf te gaan
en wel bewust 
vertrouwen moet
op de toekomst
van morgen

snakkend
naar de 
langverwachte
diepe stilte
van de wind
die ooit
op een dag
zal gaan liggen

het ultieme moment
van oneindigheid

als wachten
ontmoeten wordt
hopen 
zien
en ervaren
aanschouwen

de bron
van leven
licht en wind
vuur en water
geest en liefde
in volle glorie
openbaar
zal komen

eeuwige vriendschap
volmaakt
zal zijn

maandag 2 januari 2012

Zon en paddenstoelen

Een nieuw jaar begonnen, vakantie bijna voorbij. Teveel binnen gezeten door de regen. Veel weggeweest. Vanmiddag nog even een uurtje wezen wandelen. De zon maakte aanstalten om te verdwijnen. Weer eens een keer foto's gemaakt. Zelfs nog van paddenstoelen. Ze stonden er nog steeds, al waren ze in het donker slecht te vinden ... Zon en paddenstoelen dus, in plaats van sneeuw.






Dialoog

- Dag, zei het hek.
- Goedemorgen, zei de poort.
- Ook nieuw hier?
- Zeker ...
- Kakelvers, klaar voor de taak.
- Tja.
- Klinkt niet enthousiast ...
- Ik ben nog een beetje aan het wennen. Net wakker. Aan het dromen.
- Nou, ik niet hoor, fris als een hoentje, bereid om te gaan.
- Te gaan?
- Ervoor te gaan.
- 'k Wou zeggen, voorlopig zal hier je plaats zijn.
- Een mooie plaats, een mooie functie.
- En wat is die functie dan?
- Ik ben het onderscheid tussen binnen en buiten. Bewaren wat binnen is. Afschermen wat van buiten komt.
- Geen variatie mogelijk?
- Tweeledige variatie.
- Geen hogere roeping?
- Nee. Jij wel dan?
- Ach ...
- Vertel! Wat is jouw taak?
- Wat is mijn taak ... mjah. Ik denk ook bewaren en afschermen ...
- Ja, dat is hetzelfde, hèhè ...
- ... Ik was nog niet uitgesproken, ik probeer mijn gedachten zorgvuldig te formuleren. Ik filosofeer over mijn dromen. Heb even tijd nodig om mijn toekomst te zien.
- Nou, ik ben meer een doener hoor.
- Ja, dat begrijp ik, maarreh ... ik denk dat ik naast die twee genoemde taken, nog een toegevoegde waarde heb.
- Wow, ik word nieuwsgierig. Vertel.
- Nou, ik bedoel, ik kan ook ontsloten worden. Er is opening mogelijk. Ik ben een beeld van hoop.
- Hoop?
- Ja, stel dat de grote baas wil dat zich nog iets of iemand van buiten verplaatst naar binnen. Stel, dat wat binnen is op reis moet gaan. Dan opent hij mij. Dan ben ik een doorgang van een onbekende wereld naar de besloten veiligheid achter ons. Of juist een ontsnappingsmogelijkheid naar een andere toekomst, een belofte van een ander leven.
- Nou, dat klinkt wel bedreigend voor mij. Ik weet niet of ik daar blij mee zijn moet. Maar ja, zoals je het formuleert, dan klinkt het ook wel weer mooi.
- En dat houdt me wel bezig, die mogelijkheden, die kans op het nieuwe, onverwachte, de belofte van verandering. Het opent vergezichten. Het ontrolt fantasierijke werelden.
- Blijf je wel met beide benen op de grond?
- Zeker, ik heb toch niets anders te doen. Tijd genoeg om te verbeelden. Wie weet wat er allemaal mogelijk is. Verborgen achter de horizon.
- Meester dromer ...
- Ik kijk gewoon met andere ogen naar de werkelijkheid dan jij.
- Die zie ik niet hoor. Die niet bestaande wereld.
- Niet bestaand, of niet zichtbaar?
- Wat is het verschil?
- Een wereld van verschil ...
- Je bent een dromer, een dichter, een fantast, een kunstenaar, een sprookjesverzinner.
- Was ik dat maar ...
- Nou ja, voor mij ben je het.Wie weet, misschien leer ik wel wat van je.
- Wie weet. Zolang je naar me luistert, kan ik mijn dromen verwoorden.
- Als je dan ook maar met beide benen op de wereld blijft staan.
- Dat sta ik toch al.
- Ja, maar je moet je daar ook bewust van zijn.
- Dat ben ik, daar heb ik misschien jou wel voor nodig.
- O, nou geen probleem, ik tackel je wel hoor, als je teveel vertoeft in hemelse sferen.
- Wacht maar, misschien neem ik je nog wel mee.
- Dat denk ik niet hoor. Maar goed, je brengt wel afleiding, verstrooiing. Ook wel eens nuttig als alle dagen op elkaar zullen gaan lijken.
- Wie weet, wellicht is die andere wereld wel echter dan deze.
- Ik geloof alleen wat ik zie.
- Ik kijk met andere ogen. Ik zie voorbij wat zichtbaar is. Ik voel dat er meer is ... voorbij de tijd.
- De tijd is hier. Nu.
- Ach, wacht maar, mijn tijd komt nog wel.
- We zullen zien.
- Je moet het geloven vóór je het ziet ...
- Je taak ligt hier.
- Mijn taak wel, maar mijn roeping, mijn doel, mijn toekomst?

Verzamelde twitterwensen


Vanuit het duister van de nacht, wens ik iedereen voor 2012 een ontmoeting met het eeuwige Licht toe.

Terwijl de herrie buiten lustig knalt, rook gordijnen optrekt, allen rust en helder uitzicht toegewenst.

Op de dag dat de 'social media' eruit liggen, wens ik iedereen echte ontmoetingen en vriendschappen toe.

Voor het toekomende jaar, woorden van liefde en vertrouwen, voor harten die branden van mededogen.

Voor mensen van het welbehagen, licht in het donker, knielen voor het wonder, vrede in het hart.

Warmte voor de troostelozen, hoop voor uitzichtlozen, schouders om uit te huilen, voor hen die moesten verliezen.

Een aansporing voor de bidders, om te volharden in het aanlopen van de Heer van de oogst.

Een oproep aan alle aangeraakten, om te getuigen van het wonder, te vertellen van het mysterie, te verwoorden wat niet te verwoorden is.

Laten we schuilen bij elkaar, ieder ander steunen, woorden wisselen, verhalen vertellen, luisteren, bemoedigen en uitgaan in de nacht.

Een bemoediging voor de getroffenen door de crisis, er is meer dan brood. Schaam je niet om hulp te vragen.

De Heer die riep, Hij heeft zich niet verstopt, Hij is er nog, Hij wacht, geduldig, liefdevol.

De wereld brandt, de mensheid bloedt, het lijden schreeuwt, de spanning stijgt. O, Heer, waar bent U, waar blijft U. Kom, verhef U ...

Voor alle volgers en verdwaalden, kwetteraars en zwijgers, leerlingen en vissers, zoekers en gevluchten: de Heer zij met U tot het einde!

Vandaag begint de rest van je leven ...

Helende rust voor rustelozen en heilige onrust voor de vastgeroesten.

Reinigende stilte, uitstrekkende bewogenheid, verstrekkende liefde, veranderende genade.