En de mens, hij ploetert maar voort … altijd maar door, in het ritme van elke dag, de tredmolen van het leven. In het zweet, afgejakkerd, druk, druk, druk. Van alles en nog wat te regelen. Als het werk klaar is, wachten de nevenactiviteiten, vergaderen, sporten, familiebezoek. En heel de dag door ontmoetingen met andere mensen, bestookt worden door de telefoon, zoeken op internet, gek worden van je mail. Heel de dag door een informatiebombardement, die je hersenen verwerken tot … ja, tot wat eigenlijk?
En voor de noodzakelijke ontspanning lezen we dan de krant, kijken we de hele avond televisie, of als we heel veel zin hebben, pakken we een goed boek. En hondsmoe vallen we op de bank, en als we het halen op bed, in slaap. Uitgeput, Total-loss.
Of vallen we niet in slaap? Ik in ieder geval niet, lig uren wakker. Te mijmeren. Af en toe draaien. Bestormd te worden door mijn gedachten, als het druk was die dag. Of als ik wat rustiger ben geweest die dag, lig ik een constante stroom van voortdobberende gedachten, sprongen, vertakkingen, associaties, beelden, ideeën, gebeden te observeren.
Of vallen we niet in slaap? Ik in ieder geval niet, lig uren wakker. Te mijmeren. Af en toe draaien. Bestormd te worden door mijn gedachten, als het druk was die dag. Of als ik wat rustiger ben geweest die dag, lig ik een constante stroom van voortdobberende gedachten, sprongen, vertakkingen, associaties, beelden, ideeën, gebeden te observeren.
Eén van die gedachten die ik onlangs had, wil ik hier wat verder uitwerken. Namelijk de existentiële vraag: zijn we ons nou ook bewust van deze hectiek, dit gekkenhuis, die draaimolen waar we inzitten? Kunnen we er aan ontsnappen als we zouden willen? Of voegt het iets toe aan ons geluk?
En dan ga je na liggen denken, over wat geluk nou eigenlijk is. Er zijn hele boeken over vol geschreven, maar wat is nu precies de definitie van geluk? Wanneer ben je gelukkig? Wat betekent het woord geluk? Wat is geluk voor mij, voor jou? Het is niet eenvoudig om daar een antwoord te geven. En waarschijnlijk ligt het ook voor iedereen weer anders. En is het in elke periode in de geschiedenis weer anders. Of zelfs in elk land.
Het lijkt er op, als je om je heen kijkt in de westerse maatschappij, alsof we steeds meer, steeds beter, steeds groter willen hebben, steeds weer andere, nieuwe dingen willen kopen. Hoe meer we verdienen, hoe makkelijker we het ook weer uitgeven. Hoe minder we hoeven te werken, des te meer vrije tijd hebben we te vullen met steeds gekkere bezigheden. Maakt ons dat dan gelukkig?
Maar als je alles al hebt in je leven, het beste van het beste en het nieuwste van het nieuwste, wat is dan de meerwaarde van nog meer, nog groter, nog mooier, nog verder weg op vakantie? Wordt je daar echt gelukkig(er) van? Daar zit toch ook een grens aan, lijkt me.
Misschien is geluk juist wel tevredenheid. Genoeg hebben om van te leven. Niet te veel, en ook niet te weinig. Alles gaat zo zijn gangetje, je wordt niet gestoord door zorgen, pijn of de grote boze buitenwereld. Een hutje op de hei, je voeten op een stoel, wegdromend met een boek. Of midden in de winter mijmeren bij het vuur van de open haard. Lekker in je bed als de regen op de ramen klettert. Of juist aan het zand van de zee, liggend in de brandende zon. Met een beetje fantasie zie je jezelf ergens zitten, droom je weg, zweef je mee.
En toch. Toch knaagt het aan je. Heel prettig hoor, die tevredenheid, maar is dat alles? Natuurlijk, op zijn tijd is niets doen heel prettig. Een vakantie lang gaat ook nog wel. Maar het gaat toch weer kriebelen, je moet weer aan de slag, er moet brood op de plank. Het werk wacht, de plicht roept. En een beetje extra beleg op dat brood . Of een wasmachine die moet worden vervangen …
Ik vraag me af, als je nu aan het eind van je leven zou staan en terugkijkt, achterom, de hele weg overziet die je gelopen hebt, al die jaren van bezig zijn, wat zou je dan het meeste bijblijven? Wat zijn dan de bijzondere dingen, waar je mooie herinneringen aan bewaart, waar verlang je naar terug?
Als ik naar mezelf kijk, denk ik dat er bepaalde momenten uitspringen, herinneringen aan bijzondere gebeurtenissen. Soms spectaculair of groots, maar niet altijd. Wel mooi, gaaf, ontroerend. Een diepe ervaring die iets met me deed, me misschien wel heeft veranderd, gemaakt tot de persoon die ik nu ben. Ik ga zomaar een paar voorbeelden noemen. Maar ik merk maar meteen op dat dit heel persoonlijk ligt, voor iedereen anders is. Maar ik wel het concreet maken, om iets te laten zien, iets duidelijk te maken.
- Een vage herinnering, hoe mijn vader of moeder ons als kleine kinderen een verhaaltje voorlazen of een liedje met ons zongen. De sensatie van zelf leren lezen. Meedromen in de boeken die je leest.
- De ervaring van een eindeloos lijkende zomer, liggend in het gras, kijkend naar de wolken die voorbijtrokken aan de hemel. Sidderend, trillend de warmte, het gezoem van tientallen insecten om je heen. De eerste keer aan zee, zand onder je voeten, het bruisen van de golven, de lucht van zout water.
- De allereerste aanblik van enorme bergen, tijdens een vakantie in Oostenrijk. Als je ertegenop kijkt. maar later ook, als je bovenop één zo’n reus staat en naar beneden kijkt of de verte in.
- De eerste verliefdheid, vlinders in je buik, hand in hand, de eerste zoen. Nog later, echte liefde. De geboorte van je eigen kinderen. Heel bijzonder. Dwars door bloed, zweet en tranen heen schreeuwt nieuw leven zich een weg naar buiten. De eerste glimlach van een kind, dwars door merg en been.
- Een goed, indringend gesprek, met al je familie op pad, of met vrienden aan een maaltijd.
- Een plotselinge witte deken van smetteloze sneeuw, als je de deur uitstapt. Rijp in de vroege morgen. Het eerste lentelicht na een periode van somber weer. De lichte, pastelkleuren van ontluikend groen aan de bomen, de aanblik van een bloem. De fratsen van jonge, pasgeboren dieren.
- Iets ervaren van eenheid met de natuur, de structuur en regelmaat van die natuur ontdekken, de schepping bewonderen, de kosmos ervaren, de sterrenhemel aanschouwen.
- Het menselijk lichaam ontdekken, tot in detail zien hoe het allemaal functioneert. Vanzelf … Ervaren hoe het is om je eigen grenzen op te zoeken, te verleggen. Wandelen, fietsen, door weer en wind.
- Muziek die ontroert, een schilderij dat je raakt, een spreuk die herkenning geeft, diepere inzichten die je herkent bij anderen of jezelf aanleert. Ontdekkingen doen.
Een aardige opsomming. Waarschijnlijk ook nog wel wat vergeten. Doet er even niet toe. Het punt is nu: wat gebeurt er op al die momenten, zoals boven omschreven?
Om te beginnen denk ik, dat je op dat moment, heel diep en heel intens, iets ervaart van bewustwording. Je hebt er deel aan, maar van een afstand. Je drinkt het op, het grift zich (op dat moment juist onbewust) in je geheugen, maar tegelijk is het iets van buiten jezelf wat je waarneemt. Iets, groter dan jij. Jij bent het kind, ontvankelijk voor de ervaring. Verwonderd ook. Je houdt de adem in. Ademt het tegelijkertijd intens in. Het is buiten je en komt in je. Allemaal tegelijkertijd.
Daarnaast denk ik dat het momenten zijn van intense ervaringen van eeuwigheid, die resoneren in de spiegels van je ziel. Het is er al, heel lang al, maar het wordt tevoorschijn geroepen, en gaat deel uitmaken van je leven, je bestaan. De vierde dimensie, waar ik al eerder over schreef.
Tenslotte vraag ik me af of dit soms momenten zijn dat je God ervaart in je leven. Niet rechtstreeks. Maar toch, heel intens. Genieten van dit soort geluk kan diepe verwondering in je teweegbrengen. Je raken en vormen. Brengen tot aanbidding.
Daarom durf ik dit allemaal best als momenten van geluk te benoemen. Dat zijn kostbare herinneringen, diamantjes. Parels van grote waarde.
Maar het blijven momenten. Het gaat weer voorbij. Ga er bewust mee om. Blijf ze herinneren. Koester ze. Schrijf ze op. Deel ze met anderen.
En trap af en toe op de rem, als je iets ziet, ervaart. Wordt stil. Adem in. Observeer. Ervaar. Leef!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten