als
vochtige mist
een deken
van demping
heeft gedrapeerd
over het ontkleurde
landschap
als de wind
met ingehouden
adem broedend
ligt te wachten
op later
de bijna
kale bomen
zich spiegelen
in hun omgekeerde
schaduw
en deze stilte
dieper gaat
dan ongekende
zwijgzaamheid
wat
zou ik
dan nog
durven delen
wie
zou mijn roepen
horen
in de kille
grijsheid
van de dag
wat
voegen
woorden toe
aan deze leegheid
die een einde
lijkt
wat
zou nog
helpen
hoop te vinden
in de kaalheid
waar zijn
de laatste restjes
vuur
waar blijft
de storm
die alles
in beweging
brengen zal
maar toch
de liefde
heeft in mij
een kiem
gelegd
het hart
gevuld
met een ultra
diep verlangen
de kop
weer op
te steken
om
over mijn
innerlijke schaduw
heen te
springen
het zwijgen
te doorbreken
een stamelend loflied
aan te heffen
of juist
een bittere klaagzang
te delen
en telkens
weer tastend
naar woorden
te zoeken
schamele beelden
te vinden
om mijzelf
hoe dan ook
uit te drukken
vanuit
dit ingehouden
tranen dal
omhoog te zien
mijn lege ziel
te verheffen
en te blijven
jagen
naar dat
wat zo
onnoemelijk
onhaalbaar
lijkt
maar
essentieel
aanwezig
blijven zal
als tere
drijfveer
als verdorrend
blad dat
naar de zomer
snakt
als lonkend
perspectief
tot het
vervuld
zal zijn
en onthuld
zal worden
vol
van genade
overlopend
van liefde
tot in de diepste
kern
verlicht
en in het zicht
gebracht
van volmaakte
glorie
soms worden die gaten ook in stilte weer wat kleiner.
BeantwoordenVerwijderen