In kerkelijke kringen wordt nogal eens de metafoor van het hellend vlak gebruikt. Om maar aan te geven dat als je mensen één vinger geeft, ze al snel je hele hand pakken. Dat het veranderen van ook maar iets in de zondagse kerkdienst al snel leidt tot afglijden naar … ja naar wat eigenlijk? In ieder geval gaat het de verkeerde kant op, ontegenzeggelijk. Want, zo gaat dat altijd …
Ik kom op deze metafoor vanwege de titel van een interview met de Brit Brian McLaren, vorige week zaterdag in het Nederlands Dagblad. Een interview dat mij in meerdere opzichten aansprak en raakte. Reden waarom ik enthousiast twitterde: “Prachtig interview met Brian McLaren in #ND. Open, eerlijk, zoekend, evenwichtig, erkende plaats voor worsteling.” En meteen de vraag terugkreeg: ‘Ben je het in alles met hem eens dan? Zo klinkt je reactie. Mag hoor, maar die verheerlijking van het zoeken en worstelen?’ Leuk hoor, die snelle interactie via twitter. Mijn antwoord: ‘Moet je het in alles met elkaar eens zijn om iets mooi te vinden? Erkenning van de worstelingen is niet in alle kerken gemeengoed.’
Maar omdat twitter geen goed medium is om uitgebreid met elkaar in discussie te gaan, ben ik de uitdaging aangegaan mijn gedachten te verwoorden in een blogbericht.
Niet in alles ben ik het met Brian McLaren eens. Daarom is er ook uitgebreide kritiek op sommige van zijn standpunten gekomen. Hij gelooft bijvoorbeeld niet in de eeuwige hel en heeft moeite met de theologie van het ‘bloed’. Daarmee lijk je toch aardig wat punten uit de Bijbelse boodschap weg te schrappen. Daarin ben ik het ook zeker niet met hem eens, laat ik daarin duidelijk zijn.
En toch werd ik aangesproken. Ik keer terug naar de titel van dit blogbericht, tevens de titel van het interview. Het hellend vlak. Ik citeer Brian McLaren zelf:
Dat citaat sprak me bijzonder aan. Het grote gevaar voor elke christen in de leefwereld waar hij deel van uitmaakt, is dat hij op den duur gaat denken dat hij in een ivoren toren zit, opgesloten met de waarheid, en van daaruit de grote, boze buitenwereld tegemoet kan treden. Zichzelf opsluitend, in een isolement, zuiver houden wat hij heeft, conserveren. Pijlen afvurend. Commentaar leverend op de zondige wereld. Op de maatschappij, de structuren, de ‘anderen’. Dat gevaar is groter dan we denken. De wij-zij tegenstelling. En dat heeft ook veel mensen in het verleden van de kerk vervreemd.'Als we over het hellend vlak praten, doen we dat alsof we bovenaan staan. Maar dat is niet zo. We zijn al een heel eind afgegleden. De kerk heeft altijd compromissen gesloten - met het kolonialisme, het racisme, het kapitalisme... En de kans bestaat inderdaad dat we nog verder afglijden. Je kunt alleen maar je best doen. En kritiek serieus nemen. Altijd ervoor openstaan dat je misschien fout zit.'
De waarheid is geen systeem wat je vast kunt houden, maar een Persoon. Het kwaad is geen beest wat je kunt bevechten. De zonde zit in de mens, niet in de wereld. En alle christenen zijn zondaars, net zoals elke misdadiger een mens is, die ook het goede kan doen. We zijn allemaal geïnfecteerd en we hebben allemaal redding nodig. We zitten met zijn allen al lang op een hellend vlak.
Brian McLaren heeft verder aandacht voor de worsteling van de mens en is daarbij zeer eerlijk, mede omdat hij gericht is op de vragen van de postmoderne mens. Ook dat is iets wat me aanspreekt. Wandelen met God gaat vergezeld van Worstelen met God, ik schreef er eerder over. De vragen blijven, niet alle worden ze beantwoord, als je christen wordt. De worstelingen met het leven, de moeilijkheden op je pad, de confrontatie met ziekte, pijn en dood kunnen hartverscheurend zijn.
En hier kom ook het koninkrijk van God weer ter sprake. God heeft ingegrepen, door de komst van Jezus en van zijn Geest. En dat heeft ook voor ons consequenties. Niet alleen bekering, maar ook volgen, ons denken vernieuwen, als discipel van Jezus steeds meer op Hem gaan lijken, genezing van Hem ontvangen. Maar ook Zijn wil doen (gelijk in de hemel als op de aarde …). Dat is een weg, wellicht een lange weg, met bochten en kuilen. Dat is een verhaal waar je in groeit. Een nieuwe identiteit.
En dan, ook een eye-opener voor mij, zijn stelling dat er een spanning is tussen de priesterlijke en de profetische lijn. In de Bijbel, maar ook in de christelijke wereld. De kerk is veelkleurig. Bestaande structuren zijn en blijven belangrijk, de priesterlijke lijn, waarin het gaat om reinheid en sociale orde, het bestuderen en overdragen van de geschiedenis. Maar de profetische lijn is ook belangrijk. Het onder kritiek stellen, revolutie in de zin van innovatie, creativiteit en diversificatie, maar ook sociale verandering, gerechtigheid, bewogenheid. Dat is een ‘beweging’ en die lijkt momenteel door alle kerken heen te gaan. Althans onder kerkmensen.
De profetische lijn gaat boven de priesterlijke lijn uit.
Pittige uitspraken inderdaad. Maar ik herkende er veel in. Ondanks mijn vragen.
En nou maak ik meteen een draai. En ga denkbeeldig op een willekeurige zondag onder het gehoor zitten van een goed gereformeerd geluid in het ‘huis van God’ (toe maar …). Als ik mijzelf dan een eerlijke vraag durf stellen, wat zegt mij dat dan nog? Als ik ook eerlijk antwoord geven mag: bijzonder weinig …! Pijnlijke constatering, triest ook, maar wel waar.
Waarom is dat? Ligt dat aan mezelf of aan de aankleding, vorm, verwoording?
Ik wil best toegeven dat ik in de loop der jaren anders ben gaan denken, zaken in een breder verband ben gaan zien, meer herkenning en aansluiting heb gevonden bij mensen uit andere kerken, maar ten diepste ben ik niet veranderd, ik kan me nog goed herinneren dat we hier op de jeugdvereniging pittige discussies over voerden.
Maar soms krijg ik echt een vervreemdende gewaarwording, midden onder de kerkdienst. Wordt me ineens enorm bewust van mezelf en anderen om mij heen. Horen jullie wel wat er wordt gezegd? Snappen jullie het nog? Gaat dit niet over onze hoofden heen?
Wil ik weglopen dan? Wordt er onwaarheid verteld? Geloof ik het niet meer?
Nee, dat kan ik allemaal niet zeggen. Maar ik zit naar een verhaal te luisteren wat me totaal niet raakt. Het is niet mijn verhaal. Het is bekende koek, dat wel, overbekend. Het is theoretisch, en blijft op theologisch niveau, heel vaak tenminste. Het landt niet. Het heeft ook niet met mijn normale, dagelijkse leven te maken. Ik kan er niets mee. Het raakt mijn leven niet, laat staan mijn gevoel, mijn hart, mijn ziel. En ik denk dat ik daarin niet de enige ben.
En, stel nu, je nodigt iemand uit, een vreemde, nog nooit in de kerk geweest. Stel, je krijgt iemand zover. Zou hij zich welkom voelen? Zou hij er iets van snappen? Zou het hem raken? Zou hij erdoor veranderd kunnen worden?
Natuurlijk snap ik dat kritiek geven vanaf de zijkant makkelijk is. En er komt heel veel af op de moderne predikant. Samen met de kerkenraad leiding geven aan een gemeente van postmoderne mensen is niet makkelijk. Snap ik allemaal. Maar snapt men dan ook dat er een ontvangende kant is, dat er een wereld is waarin wij leven, dat wij best geraakt willen worden. En, niet onbelangrijk, dat alles wat we zeggen en horen, niet vrijblijvend is. Het mag gevolgen hebben.
Op het gevaar af dat ik goedbedoelende mensen op hun tenen ga trappen, wil ik proberen mijn kritiek wat concreter te maken. Het is geen algemene conclusie voor alle kerken in het hele land. Het zijn mijn eigen waarnemingen binnen de gereformeerde gezindte. En ook mijn eigen interpretaties van die waarnemingen.
- Predikanten hebben een theologie opleiding gevolgd. Zij horen dus verstand van de Bijbel te hebben, en van de taal waarin die vroeger geschreven is. Letterlijk vertaald is theologie de leer over, de kennis van God. Maar preken is de Bijbel ook bij de mens brengen, verklaren wat God van ons vraagt en aan ons geven wil. Te vaak hoor ik theologie in een preek. Maar wij hebben geen theologie gestudeerd en hebben daar ook het verstand niet voor. Een dokter vertelt ons zijn diagnose ook niet in het Latijn. Een psycholoog heeft kennis opgedaan, maar als hij een consult heeft, moet hij eerst leren luisteren. Vanuit zijn kennis herkent hij en stelt een diagnose, gaat handvaten aanreiken, maar hij vermoeit zijn patiënt niet met al zijn kennis.
- Is er in de studie theologie ook opgenomen een deelstudie psychologie en pastoraat? Of, ook belangrijk, zijn er grondbeginselen van de filosofie behandeld? Wordt er geanticipeerd op gemeentewerk? Wordt er aangeleerd om moeilijke zaken in eenvoudige woorden te brengen? Om kern- en bijzaken te scheiden? Wordt er geleerd om uit het hoofd te spreken? Om hart en hoofd bij elkaar te houden?
- Een preek moet raken, aan het denken zetten, je moet het gevoel krijgen geen kant meer uit te kunnen. Geen ontsnappen mogelijk. Nu is in veel gevallen de preek te vrijblijvend, te herkenbaar, te algemeen, te abstract, te theoretisch. Laat de prediker God zien, voelen, proeven? Wat is de kern van wat hij wil zeggen, zit er opbouw in, lijn, climax? Zijn er voorbeelden uit de praktijk? Is er aandacht voor kinderen, jongeren? Is er aansluiting op hier en nu?Is er toerusting voor het dagelijks leven?
- De ontvangers kunnen niet reageren, geen vragen stellen, hebben geen eigen inbreng. Dat bevordert de vrijblijvendheid. Het appelerende, oproepende, activerende aspect wordt node gemist. Het gevaar van ‘activisme’ wordt te groot geacht ….
- Wordt de Bijbelse boodschap helemaal gebracht of worden er alleen stokpaardjes bereden? Laten we niet teveel zaken liggen, zodat ‘sekten’ de onbetaalde rekeningen van de kerk op kunnen pakken?
- Is er ruimte voor heilige stilte? Is er aandacht voor de paradox, het mysterie, het onbegrijpelijke? Is er verwondering over het Wonder? Worden we in Gods Aanwezigheid gebracht?
- Is er aandacht voor de missie? Van de kerk maar ook van elke gelovige? Voor discipelschap, de navolging? De kerk is er voor de wereld, niet om op zichzelf te staan en tussen vier muren te blijven zitten. Een zoutend zout, een lichtend licht, een stad op de berg.
Ai, als ik dit allemaal zo op zit te schrijven, is het best heftig. Ik durf nogal. Ik zeg nogal wat. Al zijn het vragen, ze zijn behoorlijk pijnlijk. In die zin lijk ik op een amateurpsycholoog die een patiënt probeert te analyseren, op een amateurdokter die een diagnose probeert te stellen, en ja, misschien ook wel op een amateurtheoloog die met een 'tekst' worstelt.
Maar wat dan? Zwijgen om te sparen? Naar buiten toe wil ik meegaan met worstelaars en vragenstellers. De meeste indruk hebben de eerlijke preken gemaakt die gingen over mensen met worstelmomenten met God. Jacob, Elia, Job, Jeremia. Dat gaf herkenning. Maar naar binnen toe mag je best vragen stellen over zelfgenoegzaamheid, conservatisme, lijdelijkheid. Daar ben ik van overtuigd.
Inderdaad, de profetische en priesterlijke lijn horen bij elkaar, al kunnen ze botsen. God is een God die meeging met het volk in de wolkkolom, die manna gaf en kwartels, die instructies gaf voor de bouw van de tabernakel en de tempel. Maar Hij is ook de God die visioenen gaf en profeten opporde. En die schudden de boel ook wel eens flink op. Ging er niet altijd zachtzinnig aan toe.
Ben ik een profeet? Ach, vanachter je toetsenbord schrijft het allemaal makkelijk weg. De praktijk is anders. Weerbarstiger. Zo realistisch is deze idealist dan ook wel weer.
Maar ‘het hellend vlak’, ja, dat is niet alleen een gevaar om beducht voor te zijn, dat kan ook tot boeiende, uitgebreide en behoorlijk diepgaande observaties leiden …!
Mooie observatie Anton. Zit veel in, te veel om nu allemaal al op een rijtje te hebben. Het is wel zo fijn om rust in de kerk te hebben, geen mensen met ongewenste opvattingen, ruzieschoppers, critici, mensen met tegenovergestelde karaktertrekken, Maar ze zijn wel ontzettend nodig, als jet het mij vraagt. Te veel plooien zijn in het verleden platgestreken, te veel plooien overkomt nu hetzelfde. In alle kerken, niet alleen in de gereformeerde gezindte. Ook in de kerken waar postmoderniteit omarmd wordt, kan men de claims van vrijheid, relaxtheid en relevantie niet waarmaken. De profetische lijn is belangrijk, maar niet de leukste. Zeker niet de leukste.
BeantwoordenVerwijderenAltijd ervoor openstaan dat je misschien fout zit"
BeantwoordenVerwijderenWat een wijsheid en wat zou dat veel onbegrip,gehakketak en geruzie voorkomen,zeker ook binnen de kerk.
In het interview,had Brian mcLaren het over Desmond Tutu,een citaat van hem:In plaats van verwijdering en verdeeldheid zorgen alle verschillen voor een rijke diversiteit die we dienen te koesteren in het belang van de eenheid die eronder ligt.We verschillen juist van elkaar om te beseffen hoezeer we elkaar nodig hebben.
Verder herken ik veel van je gedachten,het vervreemdende gevoel dat je kan overvallen tijdens een kerkdienst,het profetische,het zoeken naar meer ruimte voor je vragen.
Blijf er over spreken,schrijven,je verwoordt
m.i. de gedachten van velen.
Vriendelijke groet,Marijke
Welaan, voel me vereerd dat je mijn 'tweet' als uitgangspunt neemt voor je blog. Je citaat van McLaren vond ik meteen een heel treffende uitspraak. Kleine kanttekening: kerken hebben geld belegd in aandelen voor gebouwen en pensioenen. Allemaal heel menselijk en nodig, maar ik weet niet of dat bedoeld wordt.
BeantwoordenVerwijderenMcLaren: "Voor hetero's en homo's die christen willen zijn, is de keuze volgens mij dezelfde: celibatair leven of een monogame relatie."
McLaren: "Iemand die wél in de hel gelooft, wil misschien graag een oordeel over zijn vijanden."
McLaren: "Alleen zou Jezus vandaag niet meer over het koninkrijk van God spreken, denk ik. - Hij zou misschien zeggen: voeg je in Gods ecosysteem, waarin alles en iedereen met elkaar samenhangt."
Zomaar drie citaten uit een stevig interview met de grootmeester van de theologische verwarring himself.
Je gevoelige blog gaat voor een groot gedeelte over je eigen kerk- en geloofsbeleving. Daar wil ik je natuurlijk helemaal vrij in laten en in respecteren.
Tot slot, McLaren zie ik niet als profeet, maar eerder als een exponent van postmodern christendom, dat worstelt met het priesterlijke en daarom zijn/haar toevlucht neemt tot het verondersteld profetische. In de Bijbel is daar overigens geen tegenstelling in. De profeet staat juist op als het priesterlijke teloor lijkt te gaan.
Milieu, slavernij en oorlog? Een humaniserende drieslag van de hogere 'standaarden' waar God ons steeds tot roept? "Ik hoop dat het ooit ook zo met oorlog zal gaan. Dat oorlog, net als slavernij, iets wordt van vroeger." McLaren wil verhalen vertellen, maar wat hij hier zegt, lijkt meer op sprookjes; zijn eigen sprookjes wel te verstaan.