Sow for yourself righteousness, reap the fruit of steadfast love; break up your fallow ground, for it is the time to seek the Lord, that He may come and rain salvation upon you (Hosea 10:12).

donderdag 27 december 2012

In de regen van het leven

De regendruppels vallen ritmisch vanuit een hoge, onzichtbare wolkenhemel, en elke druppel veroorzaakt uitwaaierende en rimpelende kringen. En verdwijnt, weg in het water van voorbij. Elke druppel lijkt hetzelfde, maar is niet na te meten, onnavolgbaar. Elke druppel valt apart, op regelmatige afstand, eerlijk verdeeld, ieder op zijn eigen plekje.

Het water zelf oogt stil en onbewogen, afgezien van die voortdurend verschijnende rimpelingen. Het raakt niet merkbaar voller. Het maakt alles deel uit van een wereldwijd systeem van opwarming, wind, verdamping en ontlading. Het houdt zichzelf in stand. Deel van een geheel. Met telkens maar een klein stukje zichtbaarheid. Voorzover je er oog voor hebt.

Zoals de mensenwereld.
Een netwerk van geruchten.
Een universum van individuen.
Een ballenbak.
Een voortschrijdende generatiewisseling.

En toch zijn niet alle druppels hetzelfde.
Zijn niet alle mensen gelijk, zelfs niet op het eerste gezicht.

De een laat zich meeslepen door zijn gevoel, door de wind bewogen, afhankelijk van licht en uitzicht, aangeraakt door woorden of muziek, ontmoetingen en gebeurtenissen. Kleurenspontaan en flegmatiek. Los woestijnzand, binnen no time te veranderen in oasezandkastelen.

Een ander is wat afstandelijker, bekijkt en schikt, overweegt en bewaart alle indrukken in geheugen en hart. Introvert en bescheiden, luisterend en rustig. Moeilijker te benaderen, of te betrappen op onbezonnen uitspraken. Zelfbeheersing lijkt het belangrijkste. Gevoelens zijn ver te zoeken, wellicht diep weggestopt, maar wel degelijk aanwezig.

Je hebt doeners en denkers.
Impulsieven en concreten tegenover bedachtzamen en abstracten.
Prakkezeerders en praktijkmensen tegenover theoretici en aarzelaars.

Zij leven.
Zij leven zich in.
Zij leven zich uit.
Zij leven voorbij.
Zij leven vooraan, of achteraan, of ergens halverwege.
Op de voorgrond, de achtergrond, of volkomen onopgemerkt.
Zij veroorzaken rimpelingen, bemerkt of ongezien.
Zij zijn deel van een groter geheel.
En ieder uniek.

Zij jagen.
Zij worden gejaagd.
Zij vallen.
Rimpelend.

Zij reiken.
Zij speculeren.
Zij extrapoleren wat ze zien.
Zij zien soms meer dan er is.
Zij meten.
Zij weten.
Zij weten niet.
Zij zijn leeg.
Zij zijn alleen.
Samen alleen.

Zij mixen hun gevoel met hun verstand.
Zij mixen hun verstand met hun gevoel.
Zij laten hun wil al dan niet heersen.
Zij laten los.
Zij laten gaan.
Niet alles is altijd te beheersen.
Niet alles kun je onder de knie krijgen.
Sommigen zaken zijn te hoog.
Te ongrijpbaar.
Te onbegrijpelijk.
Te ver.

Zij zijn vrij.
Zij willen vrij zijn.
Zij willen vrij worden.
Daarom verliezen ze zich in banden.
Zij geven zich vrijwillig over aan gebondenheid.
Zij jagen naar illusies.
Zij fantaseren.
Zij dromen.

Zij hebben lief.
Rimpelingen.
Regen als zegen.
Hemels geschenk.
Universeel.
En toch altijd weer anders.
Uniek.

Gevecht.
Ik en de ander.
De andere ik.
Ik wordt wij.
Wij zijn ik en jij.
Wij weten niet wat wij willen.
Wij houden afstand tot elkaar.
Wij hebben ieder ons geheim.

Wij worden gevoed.
Met informatie.
En onzin.
Maar zien geen verschil.

Wij ademen.
Altijd.
Lucht.
Regen.
Licht.
Leven.

Wij vissen wat af.
Naar vulling en waarheid.
Naar beheer en bezit.
Naar liefde en onsterfelijkheid.
Naar rimpelingen.

Heeft het zin?
Is het vergeefs?
Doet het er toe wat we doen?
Wat we willen?
Zijn we de druppels regen, die rimpelingen brengen in het water van het leven?
Uniek en anders dan alle anderen?
Of jagen we lucht na?
Leegte?

Druppels regen.
Vallend uit een hemelse wolk.
Kinderen van de lucht.
Kinderen van het licht.
Onderweg naar later.
Landend op het water.
Rimpelingen.
Ritselingen.

Kom, laten we niet teveel nadenken en weten, meten en beoordelen, waarom-vragen stellen, zoeken naar heersen en beheersen, in hokjes plaatsen, etiketten plakken, zoeken achter de wolk, duiken onder het diepe water.
Kom, laten we de wolk loslaten en vliegen, vrij zijn in de lucht, laten we zegen regenen.
Kom, laten we zingen in het zicht van wat gaat komen.
Kom, laten we dansen in ons kringetje, zweven op de zwaartekracht, laten we hechten aan onthechting, laten we zachtjes dromen met elkaar, ruisen op het ritme, ritselen in de nacht.
Kom, laten we vallen in het water, ploempen als een bommetje, duizend glimmende druppels glinsterend van het licht, dat naar de hemel reikt.
Kom, laten we rimpelen, wimpelen, zwijmelen, wegdromen.
Kom, laten we komen, tot ons doel, wat dat moge zijn.
Kom laten we doen, laten we zijn, laten we luisteren, laten we samen, laten we alleen, laten we meer, laten we minder, laten we beter, laten we altijd, laten we nooit, laten we zijn wie we moeten zijn.
Kom, laten we zwemmen in het water van het leven, donker en licht, in vreugde en tranen, in echt en gemaakt, in vrij en klaterend en in gebonden en slingerend, laten we lekker alle kanten op suizen en stromen, draaien en kolken, botsen en hotsen, knetterend, lachend, pijnlijk en vloeiend.

Kom, laten we happen naar adem.
Kom, laten we kopje onder gaan.
Kom, laten we de liefde omarmen.
Kom, laten we ons laven aan het leven.
Kom, laten we samen.
Kom, laten we.
Kom.

Kom dan.
Durf je niet?
Kom dan, juist dan.
Dan heb je het nodig.

Kom, pluk de dag.
Niet de dag van de zorgen van morgen.
Niet de dag van wat gisteren gebeurde.
Nee, de dag van vandaag.
Van nu.

De dag van de regen, van de rimpelingen, van voelen met je verstand en begrijpen met je gevoel, van afstandelijk ondergaan en van bewust gewild loslaten.
De dag van gepland impulsief en van weloverwogen onbeheerst.
De dag van denken met je hart en onmetelijk weten met je hoofd.
De dag van voorbij de grenzen.
De dag van hemelse aardsheid.
De dag van onthecht zwemmen en dromen in de werkelijkheid.

Want als je valt, is dat bedoeld.
Je bent niet ongezien.
Als je loslaat, moest dat gebeuren.
Niet te begrijpen en te sturen.
Niet te ontleden of te beschrijven.
Alleen maar te ondergaan.
Nu.
Hier.

In de regen van het leven.
Als een druppel mens.
Met hemels bloed.
Met een aards verlangen.
Met vloeibare heimwee.
Met licht in de lucht.
Met ingehouden adem.

Je bent.
Je gebeurt.
Je hebt tijd.
Je hebt zicht op de eeuwigheid.
Je bent gemaakt voor de eeuwigheid.
Je bent bedoeld.
Je bent gewild.

Een druppel, die er toe doet.
Geworden om te zijn.
Geworpen in het licht.
Het licht dat tot wezen verleidt.
Het licht op de regen.
Het licht op de druppel.
Het licht dat woorden wakker roept.
Woorden van leven.
Verborgen woorden.
Woorden van geborgenheid.
Van licht tot leven.
Leven bij de dag.

2 opmerkingen:

  1. Regendruppels die de aarde doortrekken. Het Woord van God keert nooit ledig terug tot Hem, maar zal doen waartoe Hij het heeft uitgezonden! Als God spreekt gebeurd er iets! Mooi! Bedankt!

    BeantwoordenVerwijderen