Eerst even de context van die specifieke tekst. Uit het Johannes-evangelie. Hoofdstuk 11. De opwekking van Lazarus. Een indrukwekkende gebeurtenis. Een groot wonder. Maar gek genoeg een lange aanloop. Het lijkt er op of Jezus expres treuzelt, als Hem verteld wordt dat een vriend van Hem op sterven ligt. Of Hij het er om doet. En dan ook nog die opmerking, als Hem onderweg verteld wordt dat Lazarus is overleden: 'Lazarus, onze vriend, slaapt.' Bagatelliseert Hij de dood nou?
En dan, later, tegen Martha, die prachtige, ongelooflijk diepe, horizonoverstijgende, geloofsversterkende, alles-op-zijn-kop-zettende uitspraak, die ik één van de mooiste van de Bijbel vind. Daar kun je uren over filosoferen.
Jezus zei tegen haar: 'Ik ben de Opstanding en het Leven; wie in Mij gelooft, zal leven, ook al was hij gestorven, en ieder die leeft en in mij gelooft zal nooit sterven. Geloof je dat?’ (Joh. 11 : 25,26)Maar dan, het vervolg.
Toen Jezus haar dan zag huilen, en ook de Joden die met haar meekwamen, zag huilen, werd Hij heftig in de geest bewogen en raakte innerlijk in beroering. En Hij zei: 'Waar hebt u hem gelegd?' Zij zeiden tegen Hem: 'Heere, kom het zien.' (vs 33 en 34)En dan volgen de woorden, die ik bedoel, twee woorden in één tekst. Ik citeer uit de (Herziene) Statenvertaling of NBG, want in de NBV is de tekst wel langer.
Jezus weende. (vs 35)Dat vind ik nou persoonlijk zo bijzonder ...! De emoties die Jezus hier laat zien. De liefdevolle God in al Zijn menselijkheid. De volmaakte Mens in Zijn goddelijkheid.
Zijn tranen de vrije loop. Om de dood van een geliefde. Dat is op zich gewoon menselijk, dat doen wij allemaal, behalve misschien stoere mannen, die niet goed bij hun eigen gevoel kunnen komen. Maar dat de Schepper van hemel en aarde, naar Wiens beeld wij allen geschapen zijn, hier huilt, weent, overmand wordt door emoties dat is een rijke troost.
Te weten dat Hij met ons meehuilt. Te ervaren dat Hij naast ons staat als we een geliefde naar het graf moeten brengen. Dat Hij ons ziet in ons verdriet. Dat Hij elke traan ziet, telt, die wij laten. Dat Hij ze opvangt. Bewaart.
Dat is zo onbegrijpelijk. Zo mooi. Zo ontroerend. Zo troostrijk. Zo God. Zo ongelooflijk God. Dieper kan Hij niet afdalen. Om naast ons te staan. Om ons te dragen door diepe dalen. Je hand vast te houden, Zijn arm liefdevol om je schouder te leggen. Is er een rijker beeld in de Bijbel te vinden?
En ooit, dan zijn er geen tranen meer, voor wie gelooft in deze Jezus, het Leven, de Liefde, het levende Water, de Bron van Leven, de Opstanding.
Want het Lam midden voor de troon zal hen hoeden, hen naar de waterbronnen van het leven brengen. En God zal alle tranen uit hun ogen wissen. (Openb. 7:17)
Hij zal alle tranen uit hun ogen wissen. Er zal geen dood meer zijn, geen rouw, geen jammerklacht, geen pijn, want wat er eerst was is voorbij. (Openb. 21:4)
Mooie post Anton. twee woorden en die zeggen zoveel!
BeantwoordenVerwijderenDank je wel!
BeantwoordenVerwijderenOpenbaring 21: 4. Geweldig, wat een troost!
BeantwoordenVerwijderenDank Marja, Jedidja en Gerreke, voor jullie korte, maar veelzeggende reacties. Speciaal welkom ook aan Gerreke, vandaag als nieuwe volger.
BeantwoordenVerwijderenHet is goed om ook op deze woorden in de Bijbel te letten. Het zegt erg veel over het karakter van God. En we lezen er zo makkelijk overheen, omdat het zulke bekende woorden voor ons zijn.