Als je de werkelijkheid probeert na te schilderen, merk je pas hoe knap het is als je goed kunt schilderen. Hoeveel je nog moet leren. Hoe vaak je nog moet oefenen.
Als je tienduizenden foto's hebt gemaakt van al het moois wat zich elke dag weer aandient, merk je pas hoe onmogelijk het is om alles vast te leggen wat zich in je omgeving aandient, laat staan wat er in de rest van de wereld is te zien. Zelfs het vastleggen van het leven van je kinderen zal altijd gaten blijven tonen.
Het duizelt je van woorden, indrukken en veranderingen, van kleuren, sfeer en beelden.
In het nu, van vandaag.
Maar nog vele malen meer in het proces, het bochtige pad, de afgelegde weg, de ontmoetingen met andere mensen, de dingen die je hebt gelezen, geleerd en ontdekt.
Als je je er bewust van bent.
Want snel, te snel, onderga en ervaar je het leven als een tredmolen van alsmaar vooruit, naar verder, naar morgen, naar meer, naar dingen die moeten gebeuren.
En ondertussen worden je kinderen groter, ouder.
Beginnen de dagen te tellen.
Begint je lichaam tekenen van ouderdom te vertonen.
Glijdt het leven steeds sneller onder je voeten weg, naar achter, naar voorbij.
Soms kijk je even achterom.
Merk je op waar je vandaan komt.
Zie je de beelden van toen, foto's, schilderijen.
Lees je de woorden van eerst, anders, onbeholpen, puur, echt.
Levende, maar voorbije herinneringen.
Het kan je zo maar met weemoed vervullen.
Soms kijk je even naar boven, naar de berg van dingen, waar je nog overheen wilt klimmen.
De dichtgetimmerde plannen voor de toekomst.
De weg die nog te gaan is.
En onwillekeurig schudt je je hoofd, ontsnapt je een zucht.
Je kunt niet alles meer wat je zou willen.
Je moet leren loslaten.
Je moet je gaan beperken.
Maar in de beperking toont zich de meester.
Zeggen ze.
Je moet dus eigenlijk leren om met enkele rake schetsen een schilderij van een beeld neer te zetten.
Je moet leren met enkele tonen, en de pauzemomenten daartussen, een gevoel op te roepen.
Met enkele goedgekozen woorden een bijna-werkelijkheid weer te geven.
Met een enkel geschoten beeld een hele werkelijkheid tevoorschijn zien te toveren.
Een afgeleide werkelijkheid.
Een gevoel.
Een geur.
Een sfeer.
Een idee.
Die of dat iets doet.
Binnen dringt.
Iets teweeg brengt.
Iets wakker roept.
Een herinnering, een gebeurtenis uit het verleden, een wens.
Bij oudere mensen kan het gebeuren, dat ze juist elk contact met de wereld om hen heen, het nu, verliezen.
Ze leven in het verleden.
Zwerven rond in hun eigen herinneringen.
Blijven erin hangen.
***
Maar, nu de andere kant.
De spiegel van onze werkelijkheid.
Je kunt ook fantaseren. Verzinnen. Dromen.
Een denkbeeldige wereld oproepen.
Een andere realiteit tevoorschijn toveren.
Een niet-bestaande werkelijkheid verbeelden.
In woorden, in schilderingen, wellicht zelfs in muziek.
Boven of buiten de waarneembare werkelijkheid
Een droompaleis.
Een sprookjesbos.
Een visioen.
Een profetie van de toekomst.
Een imaginaire dimensie.
Mooi woord is dat, imaginair.
Zoals de Engelsen het hebben op imagination.
Vervoeging van het woord 'image', 'beeld'.
Verbeelding.
Hoe meeslepend kan een boek zijn, als je, al woorden lezend, meegezogen wordt, het verhaal in, als je toeschouwer wordt, of nog beter, deelnemer. Bladzijden verder kun je dan ineens opgeschrikt worden door iemand die naast je zit en begint te praten. Het duurt even voor je weer terug op aarde bent ....
Hoe levensecht kan een droom zijn, als je er middenin zit. Je beleeft, je ondergaat, je neemt deel, je voert uit. Toch zijn dromen, waarschijnlijk, al je wakker wordt kun je je daar ineens bewust van worden, eigenlijk aan elkaar geplakte beelden, herinneringen wellicht, of verborgen wensdromen. Het lijkt een 'verhaal', een belevenis. Maar je kunt, bijvoorbeeld als je tussen waken en dromen zweeft, of als je door koorts op bed ligt, soms in één minuut heel veel 'meemaken'. Vooral dromen die gevoelens wakker roepen, kunnen behoorlijk levensecht via je geest je lichaam binnendringen en beïnvloeden, via angst, zweten, euforie, hartslagverhoging nog lang nawerken als je wakker geworden bent.
***
Nog een andere kant.
Een heel andere kant.
Stel je de eeuwigheid voor.
Geen tijd, geen beperkingen aan plaats en ruimte.
Volheid en oneindigheid.
Alles kleur, alles licht, alles goud, alles vrolijk.
Open en eerlijk.
Transparant.
Het centrum van alles is de Eeuwige.
Vanuit nu kun je je niet eens een voorstelling van Hem maken.
Want alles is een beeld, en zal daarom ook tekort schieten.
Hij is altijd groter, meer, anders.
Maar, stel ...
Hij overziet alles en zie het is goed.
Want volmaakt.
Maar Zijn liefde zoekt een weg.
Een tegenover.
Dat er niet is.
Buiten wat er al wel is.
Hij denkt.
Stel, dat dat kan.
Zijn gedachte wordt meteen een idee.
Zijn idee wordt onmiddellijk een woord.
Zijn woord vormt licht.
Niet zomaar licht.
Licht in een andere dimensie.
Een beperking van de eeuwigheid.
Een beperking in ruimte.
Een beperking in geest.
Maar het licht vormt zich tot materie, tot paradijs, tot natuur, tot mens.
Dat is snel geschreven, omdat voor Hem alles mogelijk is.
Omdat in de eeuwigheid geen tijd is.
Maar kijk eens om je heen en overzie het leven, jouw leven, jouw geschiedenis, je familie, je omgeving, de natuur, en dan in miljoenvoud, teruguit het verleden in en vooruit de toekomst in.
Alles.
Althans wat wij kennen, of weten, of vermoeden, of nog zullen ontwarren.
In alle variaties, opties, schakeringen en alle dwarsverbanden, netwerken en families.
In een zucht, een oogwenk, een woord, een gedachte.
Gaat het je voorstellingsvermogen te boven?
Gaat het je duizelen?
Natuurlijk, want wie is als God?
De Ontwerper boven al wat ontworpen is.
De Verteller van de mooiste verhalen.
De Meester in variaties.
De Schilder van alles wat maar te bedenken valt.
De Volger van iedereen.
De Ziener en Hoorder en Schepper en Inspirator.
Het Licht dat leven geeft.
Wat zijn wij nietig, klein, onbeholpen, iel, drukdoenerig banaal.
Wat gaat Hij ons ver te boven.
Wat zouden wij wat meer bescheiden mogen zijn.
Maar toch.
Hij bedoelde ons.
In Zijn idee, Zijn gedachte, Zijn wens aan een tegenover.
Om lief te hebben.
Om liefde te ontvangen.
In dat ene moment, bij wijze van menselijk spreken, in de eeuwigheid, ligt onze oorsprong en ons doel besloten. Bivakkeren in de tijd, op weg naar de eeuwigheid, om Hem te ontmoeten, die dat in Zijn 'imagination' heeft voorzien.
Dat is, waarom Hij ons maakte naar Zijn 'ímage'.
Dat is, waarom Hij mensen blijft inspireren.
Ongezien, maar toch geraakt.
Dat is, waarom Hij, zelfs toen wij er een potje van maakten, en Hij Zich verbergen moest om ons bestwil, ons toch achterliet met dat heimwee, dat verlangen, dat vermoeden, dat gat in ons hart, waardoor wij altijd blijven zoeken.
Dat is, waarom Hij druppels liefde morst in onze levens.
Getrokken, maar onvervuld.
Dat is, waarom er verhalen, verbeeldingen, ontmoetingen, profetie en poëzie in de Bijbel staan.
Zijn plan, ten uitvoer gebracht, midden in onze tekort schietende puinhoop, dwars door onze kleinheid zwakte en eigendunk heen.
Dwars door onze discussies, waarheidzoekerij, betweterigheid, wetenschap en ontdekkingstochten, die nooit genoeg zullen zijn of een einde zullen hebben.
Dat is waarom Hij verhalen vertelde met lagen, vingerwijzingen, dubbele bodems, tijdloos en nog steeds actueel.
Verwijzend naar een ander Land van Ooit.
Dat is waarom er hoop heerst over de dood heen.
Dat is waarom Hij zaad blijft strooien in dode akkers.
Waarom het Licht schijnt, elke dag.
Waarom Hij fluistert in de stilte.
Waarom Hij lokt, onverwacht, indirect, tegendraads, dwars, zacht, omfloerst, bedachtzaam.
Dat is waarom er zoveel spiegels in ons leven zijn.
Beademde spiegels.
Waarom het water vloeit, de wind waait, de wolken vliegen langs de hemel.
Waarom de horizon lokt.
Waarom woorden wakker roepen, ondanks hun gebrekkigheid.
Waarom muziek kan ontroeren.
Waarom schilderijen tot onze verbeelding spreken.
Dat is waarom wij verbeelding hebben ontvangen.
Imagination.
Zijn wens.
Zijn genade.
Zijn liefde.
Onvoorstelbaar.
Toch?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten