in het trage theater
van het late licht
wacht een merel
zwijgend
als een silhouet
dan
ten langen leste
heeft hij
zijn geduld
genoeg
beproefd
en barst hij los
met hoge trillers
zeldzaamheid
begroet
met macht
en bolle adem
de nacht
die valt
als een veren kleed
van pittig
zwart
hij luistert
stil
zijn eigen echo
achterna
die weg droomt
als heimwee
dat zijn hart
ontvlucht
en vangt
weer aan
een steeds
herhaald
refrein
dat pijn doet
aan zijn
eenzame ziel
maar ook
lucht geeft
aan zijn verlaten
hart
luister
zingt hij
wacht
en deel met mij
de hoop
op nieuw licht
geloof je
het ook
maar
geen mens
die hem hoort
of antwoordt
en zo vliegt
de merel
tenslotte
zoals elke avond
zijn eigen vraag
maar
achterna
Geen opmerkingen:
Een reactie posten