Ja, ik ben gebiologeerd door het licht.
Door het spel van kleuren aan de hemel.
's Morgens vroeg of 's avonds laat.
Ik maak jacht op de schoonheid van botsingen.
Tussen het diepe duisternis van de nacht en het leven brengende licht van de dag.
Het grensgebied van de schemer.
En ja, het is elke dag anders.
Als het licht breekt aan de horizon.
Omdat de wolken meedoen.
De wind het spel mee speelt.
Soms is het grijs.
Soms zie je niets.
Somt fluistert het in pastel.
Soms zingt het iets uitbundiger.
In crescendo en weer decrescendo.
Soms flikkert er iets.
Sijpelt er wat.
En soms, heel af en toe.
Dan juicht het echt.
In stilte.
Maar majesteus.
En magnifiek.
Als een orkest vol dramatiek.
Als een meanderende rivier door een telkens veranderend landschap.
Als een morgenbries.
Als een avondluwte.
Als een gloriepsalm.
Als een lichtgedicht.
Gisteren was het weer zo'n uurtje van genieten.
Telkens anders die wolken.
Groeiend en welvend.
Lichtend en glimmend.
Spetterend vuurwerk.
Kleurenoase.
Droomwoestijn.
Een hemel vol dramatiek.
Dan ren je een paar keer de trap op en neer.
Tracht wat te vangen van wat je ziet.
Zoekt wat je ziet te vatten in beelden.
Ja, zonde van de storende elementen.
Daken, schoorstenen, lichtmasten, lantaarns.
Maar het was te ver heen om er nog op uit te gaan voor een lege horizon.
Dan zou ik een deel moeten missen.
Of zou het spel zijn uitgedoofd.
Daarom maar zoals het was.
Zoals het is.
Midden in de gebrokenheid van het leven.
Met de rafelrandjes.
Maar wel.
Flonkerplonsjes.
Gouden lichtjes.
Kleurenwolken.
Sporen van de eeuwigheid.
Beloften van geluk.
Een doorkijkvenster.
Zag je het ook, de hand van God?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten