Onder de brandende zon, in het hete zand van de woestijn, is elke druppel die valt een zegen.
Na een dag hard werken kan het heerlijk zijn even uit te puffen, je benen languit te strekken.
En in alle drukte en hectiek van elke dag even de stilte opzoeken, kan een verademing zijn.
Een rustpunt, een oase, een mijmermoment, een huis van gebed.
Je kunt weer even op adem komen.
Er kan een storm gaan liggen.
Maar er is ook een andere kant.
Want, is stromend water, een gevestigd huis, een geasfalteerde weg, wel altijd een zegen?
Is een buitje regen dan geen overdaad, die kan schaden?
Wie kennis vermeerdert verwerft geen wijsheid, maar loopt het risico wereldvreemd te worden.
Wie altijd bezig is, loopt zichzelf snel voorbij.
Meer is niet altijd beter.
Overvloed leidt af van de essentie.
Want al snel nemen we geen genoegen meer met genoeg.
En er zal toch nog altijd een dorst blijven die niet is te lessen met materie en maakbaarheid.
Durven wij alle overbodigheid te laten gaan en de ultieme kern van wat we missen onder ogen te zien?
Om het uit handen te geven?
Om te zijn in plaats van te hebben.
Afhankelijk, beperkt, tijdelijk, klein en kwetsbaar.
Want wij leren waarderen wat wij te kort komen.
Wij leren verlangen naar wat komen zal.
Laat alles maar los wat overspoelt, laat maar gaan wat je niet vast kunt houden.
Voedt het verlangen met eenzaamheid.
Neem de tijd om je eigen dorst te constateren.
Leef intens en niet bij vlagen.
Laat je niet leven, maar neem de tijd.
Laat je niet vullen, maar koester de leegheid.
Geef het uit handen.
Pin je niet vast in de volle grond, maar wandel bewust luchtig naar morgen.
Laat je waaien.
Laat het maar gaan.
Stop het gebabbel.
Staak de woordenbrij.
Treedt de stilte binnen en koester de kale wanden.
Ervaar leegheid en ruimte in de intense duisternis.
Hoor het kloppen van je hart.
Adem bewust elke teug in en langzaam weer uit, tintelend en verfrissend.
Op het dansende ritme van de tijd.
Herontdek de dorst, erken en herken het verlangen.
Stop het luchtig geflirt met alle opsmuk, leegheid en tijdelijkheid.
Niets is wat het lijkt.
Plan niet alles vol en eet niet alles leeg.
Verwacht het onverwachte.
Laat je verrassen.
Koester het leven.
Kijk naar mensen met andere ogen.
Herken hun dorst, erken hun verlangen.
Wijs eens de weg, sta wat meer stil.
Loop eens eindjes samen op.
Sluit je op in de wachtkamer.
Rijp traag en groei gestaag.
Onttrokken aan de oppervlakte van zichtbaarheid.
In de diepte.
Buiten de ruimte.
Over de tijd heen.
Verlangen is vissen onder de oppervlakkigheid van het bestaan.
Verlangen is jagen naar voorbij de wolken luchtigheid.
Dorst is erkennen van tekort en wachten tot het lichter wordt, tot het donker op zal klaren.
Dorst is leegheid beseffen en volheid verwachten.
Om te verliezen wat we hebben willen.
En op de lange duur te mogen ontvangen wat we nodig hebben.
Luister.
Vermoed.
Weet.
Besef.
Ervaar.
In de stilte van je eigen hart kan de zwijgende aanwezigheid van de Eeuwige overweldigend zijn.
Anders dan alles.
Te vergelijken met niets.
Wacht.
Langer.
Vaker.
Altijd.
Wees stil.
Zwijg.
Bidt.
Zucht.
Jaag.
Laat los.
Geef het over.
Liefde is verlangen.
Liefde is dorst.
Liefde is wijsheid die wacht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten