Bij het wereldomvattende, werkelijkheiddoorbrekende, allesoverstijgende, levensveranderende karakter van de hemelvaart van Jezus. De andere werkelijkheid in, een mens die tot God komt, gekroond wordt met de hoogste eer, Koning wordt over een koninkrijk. En omdat Hij ook God is, mogen wij opzien naar Hem, Die in de hemel is, het van Hem verwachten, voor nu, voor hier, voor later, voor daar.
Het was al weer enige tijd geleden dat een preek mij zo aan kon spreken. En ook nog ergens over ging.
In sommige kerken is men een beetje verlegen met de Hemelvaartsdag als heilsfeit. In veel evangelische kerken bijvoorbeeld is er zelfs helemaal geen kerkdienst op deze dag. Zonet nog even zitten zoeken bij CQOTD, die mij dagelijks van een christelijke spreuk voorziet, en ik vond daar een paar zeer indringende citaten over de betekenis van Hemelvaartsdag, die ik graag door wil geven. Omdat wij er ook van kunnen leren voor de situatie nu, waarin wij leven, en hoe we mogen uitzien en verwachten.
In the days of His earthly ministry, only those could speak to him who came where He was. If He was in Galilee, men could not find Him in Jerusalem; if He was in Jerusalem, men could not find Him in Galilee. But His Ascension means that He is perfectly united with God; we are with Him wherever we are present to God; and that is everywhere and always. Because He is “in Heaven” He is everywhere on earth: because He is ascended, He is here now. Our devotion is not to hold us by the empty tomb; it must lift up our hearts to heaven so that we too “in heart and mind thither ascend and with Him continually dwell;” * it must also send us forth into the world to do His will; and these are not two things, but one. (William Temple (1881-1944), Readings in St. John’s Gospel)Toen Hij hier was, kon Hij maar op één plaats tegelijk zijn. Nu Hij bij zijn Vader is, is Hij in de hemel, maar dat betekent: overal, hier, nu. Het betekent ook dat Hij ons uitzendt om Zijn wil te doen. Dat is een onverbrekelijke eenheid.
De weg die Hij letterlijk op aarde aflegde, eindigend met zijn sterven, opstaan en hemelvaart, is ook een heenwijzing naar de weg die wij hebben af te leggen. Maar Hij is het Hoofd van ons, christenen, Hij heeft de weg gebaand, wij mogen volgen. De grote Verlosser.
Here is opened to us the true reason of the whole process of our Saviour’s incarnation, passion, death, resurrection, and ascension into Heaven. It was because fallen man was to go through all these stages as necessary parts of his return to God; and therefore, if man was to go out of his fallen state, there must be a son of this fallen man, who, as a head and fountain of the whole race, could do all this, could go back through all these gates, and so make it possible for all the individuals of human nature, as being born of Him, to inherit His conquering nature, and follow Him through all these passages to eternal life. And thus we see, in the strongest and clearest light, both why and how the holy Jesus is become our great Redeemer. (William Law (1686-1761), An Appeal to All that Doubt [1740], in Works of Rev. William Law)
The counterpart of this withdrawal of Christ [the ascension] from the reach of the senses was the gift to the apostles of the Holy Spirit by whom Christ was made present to them in a new way. They now knew him no more by sight and after the flesh; they had His Spirit. And this “having” is both a real possession and a foretaste, an earnest of what is in store... The Spirit assures us that we are heirs of a kingdom yet to be revealed (Rom. 8:17). The Spirit wars in us against the flesh (Gal. 5:17) and gives us assurance that even our mortal bodies shall be quickened (Rom. 8:11), and that what is mortal is to be swallowed up of life (2 Cor. 5:4-5). Meanwhile the very mark of the Spirit’s presence is that we groan waiting for our adoption (Rom. 8:23) and hoping for that which we do not yet see (Rom. 8:24,25). (Lesslie Newbigin (1909-1998), The Household of God)Hij is vanaf nu anders aanwezig, namelijk door Zijn Geest in ons. Wij hebben God nog steeds, maar nu in ons in plaats van bij ons. Dat is een bezit, maar ook een 'voorsmaak' van wat nog komen zal. Die Geest verzekert ons dat we erfgenamen zijn van dat nog te openbaren koninkrijk, voert in ons oorlog tegen ons vlees, is een onderpand voor onze afsterving van het sterfelijke lichaam en levendmaking van het geestelijke lichaam. En ondertussen zuchten we, wachtend, hopend op de dingen die we nog niet zien kunnen.
Het in God verborgen mysterie van voor de grondlegging der wereld wordt stukje bij beetje geopenbaard. De oogst die zal komen betreft de gemeente, het lichaam van Christus, als geschenk aan God Zelf. Eerst was er het uitverkoren volk Israel, toen kwam het vleesgeworden Woord, door de hemelvaart kregen wij als Zijn volgelingen deel aan het leven van de Drieënheid. Dat plan zal worden voltooid tussen Pinsteren en de Wederkomst. Het is het plan van God, de activiteit ook van God, maar door onze eenheid in Christus, in God, zijn wij ook deel van dat plan, ingeschakeld om er actief in mee te werken.
The Christian Mission is what the New Testament calls a ‘mystery’. It is what St. Paul calls the mystery—a secret hidden within God even before the creation of the world, but now made known to men and women of faith, whereby all nations are to be gathered up and presented to God through Jesus Christ. This gathering up takes place in the Church, the mystical Body of Christ. The mystery has been unfolded according to a divine plan; prepared by the vocation of the Jewish people; and substantially realized by the mission of the Incarnate Word, Jesus Christ, who by His Ascension introduced human nature for all eternity into the sphere of the life of the Divine Trinity: and this plan is to be accomplished among the various peoples of the world, during the time between Pentecost and the Second Coming. The Christian Mission is thus anchored in dogma, is a result of what ordinary Christians believe. It is God’s plan, God’s activity; but because God became man and took up manhood into Himself, it is God’s will embodied in active obedience on the part of the Christian individual, the Christian group within the Church, and the Christian Church as a whole—we are all involved in it, all of us, in our various callings. (David M. Paton (1913-1992), Christian Missions and the Judgment of God)
Door de hemelvaart is er sprake geworden van Alomtegenwoordigheid van Christus in deze werkelijkheid. Jezus hield op zichtbaar, aanraakbaar te zijn voor onze zintuigen. Om God te worden met God. Een waarheid die we alleen maar geestelijk kunnen aanvaarden. In geloof.
After this conviction was produced, we come to the final stage, the apparent departure of the embodied Divine Nature, the man Jesus, from the world. The earthly period had fulfilled its purpose and reached its climax. This is the Ascension. This term, like many of the other words which must be employed by man in discussing the subject, is an attempt to express Divine truth—which as Divine is not subject to worldly conditions—in the language of human imperfection. The Divine Nature is omnipresent. It does not lie more in one direction from us than in another; it is neither above nor below: it is everywhere. To say that Jesus went up into heaven is a merely symbolic expression; it has not a local significance; it is an emblematic statement of the truth. The truth which has to be conceived in the mind is that, at the due stage and the proper moment, Jesus ceased to be apparent to human senses in the world, and is God with God. (Sir William M. Ramsay (1851-1939), Pictures of the Apostolic Church)
Mooi verhaal. Ik begrijp nu ook wat je bedoelde met je reactie op godsmarketing.nl. Dank je wel daarvoor.
BeantwoordenVerwijderenHans