ik zou wel willen weten
hoe de dingen zijn verlopen
hoe de zaken zijn gegaan
ooit in een ver verleden
verborgen voor onze ogen
voor ze werden
voor ze waren
voor ze ooit begonnen zijn
ik zou wel willen dwalen
in de schoonheid van het leven
willen spitten willen spotten
schatten willen delven
en naar wonderen willen vissen
ik zou wel willen blijven graven
naar diep verborgen antwoorden
ik zou wel alle gaten willen dichten
van het leven dat niet af lijkt
ik zou wel willen duiken
in de diepte van het duister
ik zou wel woorden willen geven
aan het allerdiepst verdriet
wat nooit valt uit te drukken
vormen willen schenken
die kanaliserend kunnen werken
maar ook zou ik willen zingen
op de melodieën van het leven
de hoge tonen van de liefde
de wonderlijke wereld van de kunst
de werelden voorbij het weten
ik zou wel willen dansen in de regen
ik zou wel willen vechten met de storm
ik zou wel willen waaien met de wind
ik zou wel willen deinen
op de golven zonder einde
ik zou wel willen vliegen naar de hemel
nieuwsgierig als ik ben
om te zien of wat ik geloof
wel echt toereikend is
voor wat er ligt verborgen
aan waarde, wijsheid, inzicht
in nu nog goed verborgen toekomst
ik zou wel willen geven
willen delen
willen spelen
willen spellen
van wat ik ooit geleerd heb
van de mensen
uit de boeken
door het leven
ik zou wel willen strooien
delen, gunnen, geven
uit zakken
vol van wijsheid
dromen vol lucht
zinnen vol licht
ogen vol vergezichten
putten uit een overlopend
hart vol liefde
voor het leven
ja
ik zou
het best
wel willen
maar ik weet
niet hoe
want
er heerst
bij vlagen
nacht in mij
en zwijgen
als de stilte
als de deken
van de dood
de woorden
vallen wel
maar
af en toe
als blaadjes
in de herfst
los en van de hak
op de tak
zoals vlinders
in het late licht
zinnen blijven
goedbedoeld
onafgemaakt
te lang zwemmen
en wachten op
ooit en later
een nimmer
komend beter
wat ooit duizelde
en suizend bruiste
uit een sprankelende bron
het rust nu verstild
en ligt te lang
en ongewild
te sudderen
in de schemer
in het duister
de rust
is rusteloos
de woorddrift
uitgeblust
het lijkt wel
of de leegheid
triomfeert
de slaap hapert
meedogenloos en
het lichaam struikelt
in het losse zand
van de tijd
de wil wil wel
maar de woorden
dansen steeds onbereikbaar
naar verder dan te grijpen
ik zou wel willen
vluchten voor de winter
ik zou wel willen vliegen
naar de hemel
ik zou wel willen
drinken van het licht
ik zou wel willen putten
uit een vaatje inspiratie
de geest
is wel gewillig
maar het lichaam
is zo moe
en toch
als het woord
lijkt uitgeblust
en zieltogend
naar adem snakt
ik zal blijven zingen
stamelen en kreupelen
immer zoekend
naar het ware
wezenlijke
woord
waar het
ooit mee is
begonnen
ik zal
zuchten
fluisteren
tasten
graven
geven
paadjes zoeken
in het doolhof
lichtjes vangen
in het bos
strohalmen grijpen
afgevallen bladeren
verzamelen
zaadjes planten
voor later
zachtjes blazen
in de stilte
op hoop
van zegen
in de regen
in de mist
in de kilte
in het duister
van de nacht
want ja
ik blijf
wel
altijd
willen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten